zaterdag 11 juni 2022

Boeken juni - deel 1


Laatst gelezen boek boven.

De Ierse Marconist Cameron, de hoofdpersoon in Het verboden rijk van J. Slauerhoff, kende ik al uit Het leven op aarde (dat als tweede deel in deze verkenning van China en de gespleten geest van de schrijver gezien moet worden). Ik besprak het twee jaar geleden.

Het verboden rijk vertelt drie verhalen: dat van de stichting van de stad Macao door de Portugezen; dat van de verbanning van de schrijver Camões uit Portugal (vanwege een affaire met de toekomstige bruid van de kroonprins in de 16e eeuw) en de volgende avonturen in Azië; en dat van Cameron, een Ier die door zijn aparte uiterlijk niet alleen door de Engelsen, maar ook door de Ieren met de nek werd aangekeken. Dat derde verhaal speelt begin 20ste eeuw. Camões en Cameron vallen samen, waarmee ook verschillende perioden en voorvallen samengesmeed worden. Dat is knap literair boetseerwerk.

“Bij Slauerhoff geen streven naar harmonie, geen synthetische levensbeschouwing, geen leefregels, maar één lange, verwoestende, niets ontziende tocht door het leven.
Een droom navertellen was niet hetzelfde als iemand laten dromen. Dankzij de droomachtige scènes in Het verboden rijk (1931) van Slauerhoff vervloeiden Camoës en de marconist en kon Camoës 'in de huid [kruipen] van een marconist,”
zo beschreef Graa Boomsma het in zijn biografie over het leven van Bert Schierbeek.


Het echte levensverhaal van Camões lijkt een beetje op het verhaal in Het verboden rijk, maar is wel sterk aangepast. Zo is het eigenlijk met alle historische gegevens; aangepast of verplaatst in de tijd. Het is geen boek over de geschiedenis van China of Macao. Slauerhoff kende die wel, maar verhaalt niet de geschiedenis, maar vertelt het verhaal van de marconist op zoek naar het leven.

Een vrouw woont in een bijna magisch huis, met smalle toegang, op een eiland omringt door “een ondragelijk paradijs,” zo ijlt Camões. Hij wordt er hels gekweld en wil ontsnappen “al zag ik daarbuiten niets dan de zee die andere hel.” Er zijn de havensteden waar Cameron ronddwaalt die bedenkt dat verdoemd zijn betekent “zich overal vervelen, behalve op de meest ellendige plaatsen, zoals poolstreken, woestijnen en eilandloze zeeën.”

Het is dan ook een boek voor de liefhebber van venijnig meedeinen met het leven van de scheepsarts. Er zijn de falende liefdes. Er is de dwang om te schrijven. Er is de kaping door zeerovers. Deze is dan weer de opmaat naar een benauwende reis door China. (Slauerhoff maakte in de werkelijkheid zelf ook eens een kaping mee, zo noteert Wim Hazeu in zijn biografie.)

Het is een boek vol leven dat wringt als de planken van een zeilschip in volle zee. Een worsteling, op zoek naar voldoening, zoals hier: “het is waar: zich goed te kleden en te scheren verheft het moreel meer dan een hele nacht Goethe of Confucius lezen, van de bijbel nog maar gezwegen.” De zoektocht gaat door in Het leven op aarde, maar daar had ik het dus al over.

Volgende bespreking onder foto.



Laatst gelezen boek boven.


De Donkere straten van Caïro; een Makana avontuur
door Parker Bilal is een literaire thriller. Makana woont op een wankele woonboot in de Nijl bij de Egyptische hoofdstad. Hij is een voormalige politie inspecteur uit Soedan. In Egypte weet hij net overeind te blijven door kleine onderzoekjes in opdracht.

Dit verhaal gaat over een groot onderzoek naar een voetballer en lieveling van een van de rijkste mannen van het land. Er worden twee andere verhalen daar doorheen geweven: het verdwijnen van een kind van Egyptische vader en Engelse moeder in donkere straten van de soek; en de opkomst van de Islamitische dictatuur in Soedan. Die tweede ontwikkeling heeft grote persoonlijke gevolgen voor Makana gehad; de schrijver voert ons hierover steeds met kleine stukjes.

De bouw van een megalomaan voetbalstadion staat symbool voor de projecten van de superrijken aan de top van Caïro. De verlichting van het gebouw dat naar de hemel rijkt, ontneemt je echter het zicht op de sterren. Bouwprojecten voor toeristen verdringen de vissers langs de kust. Ze blijken niet de vlucht uit de armoede te zijn waarmee dergelijke projecten vaak verkocht worden.

Korte spannende hoofdstukken met hier en daar een mooie observatie over de mens en zijn omgeving, maken van de thriller een spannend en ook mooi boek. Het glijdt naar binnen, maar blijft ook hier en daar haken.

De donkere straten is het eerste in een reeks van zes thrillers waar Makana de misdaad in Caïro of Soedan induikt. Parker Bilal is het speudoniem van de in Londen geboren en in Soedan opgegroeide schrijver Mahal Majoub die onder eigen naam romans en non-fictie publiceerde.

Het boek is prachtig uitgegeven door De Geus in een serie samen met Oxfam Novib om “schrijvers uit niet-Westerse landen een podium en een stem” te geven. Dat klinkt een beetje als hulp. Het gaat hier echter om een succesvolle auteur die vertaald is zodat de Nederlandse lezer hem kan lezen in de eigen taal. Niet meer, niet minder. Hij had al zeven romans geschreven voor dit boek. Die hadden ook op dat Nederlandse podium mogen staan.

Volgende bespreking onder foto.



Laatst gelezen boek boven

Het oog van de Engel door Nelleke Noordervliet is een van haar eerste boeken en vertaald naar het Duits. Het werd genomineerd voor de AKO-literatuurprijs. Later zou Noordervliet de Constantijn Huygensprijs voor haar hele oeuvre krijgen.

Het verhaal. Eind 18e eeuw vluchten vader en twee dochters, Elisabeth met een oogziekte en de doofstomme Maaike uit Haarlem naar Frankrijk. Vader overlijdt kort na aankomst en de twee zussen zijn afhankelijk van een ver en geil familielid. Ze blijven er niet. Een marskramer in wetenschappelijke experimenten, de arts Doppet, neemt hen op sleeptouw.

Maaike wordt al snel ondergebracht in een instituut voor doven. Elisabeth groeit uit tot een orakel dat door haar uitpuilende oog en woorden invloed zal krijgen op de kringen van Parijse verlichtingsdenkers.

Het boek is uit en te na besproken. Dat krijg je met zo'n nominatie. Nora van Laar neemt het boek onder de loep, maar gaat ook in op besprekingen ervan. Daar kan je als eenvoudig lezer niet meer tegenop. Dat ga ik dan ook niet proberen. Zelfs het genre was stof voor debat. Was het een liefdesroman of een historische roman. Kan je in een historische roman je hoofdpersonen wel zelf bedenken en voorwerpen die destijds nog niet bestonden (theemutsen) gebruiken om een kleding stuk te beschrijven. De taal (korte pakkende zinnen) en de beschreven tijd zouden elkaar niet passen. Noordervliet laat zich niet beperken. Als ik van Napoleon een grote man wil maken in een roman dan doe ik dat, antwoordt ze de preciezen.

De schrijfster is belerend luidt een andere kritiek. Tijdens het lezen had ik er geen last van, maar subtiel kan je Noordervliet niet noemen. Je moet je verantwoordelijkheid nemen en niet op God afschuiven wat er mis is, laat ze Elisabeth zeggen. En daar blijft niet bij. “Deugd lag niet in maagdelijkheid, maar in eenvoud en moed, in rechtvaardigheid en oprechtheid, in leven naar het hart en met verstand, en die deugd was voor mannen en vrouwen gelijk,” zo bedacht de vrouw met het priemende oog, alsof het een beginselverklaring was.

Noordervliet waarschuwt er ook voor dat de middelen aan de haal gaan met het ideaal. Voor iedereen die geschiedenis in het pakket had op de middelbare school bekend terrein. Niet voor niets begon de examenstof in 1789 en kwam daarbij al snel
Robespierre en de galg om de hoek kijken. Toch diept ze de waarschuwing ook verder uit. Bijvoorbeeld als ze beschrijft hoe de meute een behangselfabrikant te lijf gaat, niet omdat hij zijn arbeiders slecht behandeld, juist niet, maar omdat hij uit hun kringen is voortgekomen. Je moet die woede niet willen temperen, dat is slecht voor de zaak: “Ze horen wat ze willen horen en wat hun woede voedt. Zo gaat het. Er is geen redelijkheid. Die kan er niet zijn. Die mag er niet zijn,” zegt Doppet. Zo begint én ontspoort de revolutie tegen adel en kerk. Het doet uiterst actueel aan.

Er zouden al eerder romans geschreven zijn over hetzelfde onderwerp, zegt een beroeps recensent. Tja en ik de sukkel las die niet en wel deze roman drie decennia nadat het boek verscheen. Ik heb me laten meeslepen door de ideeën en het verhaal. Het belegen karakter van sommige teksten stoorde me daarbij niet. Dat is ook wat waard, meegesleurd worden in een roman over strijd en de gevaren daarvan.

Tijdens het lezen vraag ik me af welke oogziekte Elisabet had. Het blijkt dat Noordervliet een eigen tumor bij het oog als inspiratie heeft gebruikt. Ook hier is de werkelijkheid de inspiratie voor de verbeelding geweest.

Volgende bespreking onder foto.


Laatst gelezen boek boven.

Het stadje waar de tijd STIL is blijven staan is een boek van Bohumil Hrabal. Het speelt in het Nymburk, de plek van Hrabals jeugd en rond de brouwerij waar het gezin woonde en zijn stiefvader bedrijfsleider was.

Het boek begint met verhalen van de jongen, de verteller, over zichzelf, bijvoorbeeld hoe hij een ongewilde tatoeage krijgt en zijn bestaan als schrijver begint om aan straf te ontlopen. Maar het stadje gaat toch niet over hem, maar vooral over zijn stiefvader en diens broer. Papa Francin beroofde de mensen van de tijd door ze bijna letterlijk voor zijn karretje te spannen, oom Pepin gaf juist vervulling aan hun tijd door zijn levenslust.

Als de brouwerij genationaliseerd wordt tijdens de communistische machtsovername in 1948 is het afgelopen met papa als directeur. Hij wordt er lomp en grof uitgezet, terwijl hij redelijk is geweest voor het personeel. Zijn spaargeld wordt geconfisqueerd. Hij mag het later gebruiken om een gevonden, overgroeide en losgewrikte vrachtwagen te kopen. Een wagen die het na goede diensten bij een absurd voorval zal begeven. Bizarre en uitvergrote voorvallen daar staat het boek bol van.

Het ellendige van het leven wordt bijvoorbeeld verbeeld door een schilder die spoorbomen in de verf zet. Even zijn ze beneden, dan gaan ze weer omhoog: kwast in de pot, trap er tegenaan, omhoog, boom weer omlaag. De schilder werd niet steeds kwader, maar juist steeds kalmer. Zo lang je je richt op futiliteiten en en niet op het wezenlijke, valt er te leven.

Zaden uit een in onbruik geraakte botanische kloostertuin waaiden over de muren. Er waren planten die het niet redden, anderen wisten zich uitbundig te vestigen. Van zaden naar mensen is een kleine stap in de wereld van Hrabal: “dat was toch al zo de gewoonte in ons land om je op een of andere manier aan te passen en daarna in een andere en nieuwe tijd op te gaan.”

Uit het nawoord van Drie rabiate leugens haal ik dat die brouwerij ook in het echte leven een voorname rol speelde: “Zijn eerste gedichten typte hij op de Underwood in het kantoor van zijn stiefvader op de achterkant van rekeningenpapier, en wel op zondagen, omdat op werkdagen het kantoor bezet was, zoals hij dat beschrijft in zijn autobiografische proza ' Wie ik ben '.”

De achterflap stelt dat het slot van het verhaal zeer pessimistisch is. Wat mij betreft is dat een wonderlijke uitleg van de metafoor van de over de Elbe weer naar zijn oorsprong varende witte zeemanspet. De cyclus van het leven biedt juist troost in een troosteloos bestaan, waar de mensen hoe goed ze het ook bedoelen steeds weer dezelfde fouten maken, maar waar het toch steeds opnieuw kan beginnen.

Ik lees met moeite, maar wel graag. Het voordeel van een boek is dat als je er in zit dat relatief lang duurt. Dat maakt het makkelijker leesbaar dan losse artikelen. Vanaf 31 januari 2018, op de laatste dag van de maand, zet ik kort (het moet het lezen zelf niet in de weg staan) op een rijtje wat ik las. Want ook bij het onthouden kan ik wel wat steun gebruiken.



2 opmerkingen:

Rondetijd zei

"Het stadje waar de tijd stil is blijven staan" lijkt me redelijk troosteloos, Martin. Maar je afsluiter is toch niet echt negatief. Ik schrijf hem voorzichtig met potlood op mijn lijstje.

martin zei

Het is ook gewoonweg grappig en als je een beetje van absurde tragiek kan genieten kom je zeker aan je trekken.