maandag 22 juli 2024

In de grote wereld

 

Arthur Japin schreef In de grote wereld. Het is het boekenweekgeschenk voor 2006. Groot is de wereld al snel als je zelf een klein mens bent. Zelfs het woord grootmoeder krijgt dan een andere bijklank.

De novelle begint met de ontruiming van een dorp voor kleine mensen in Nazi-Duitsland in 1939. Het is een attractie voor de grote mensen. Die kunnen lachen om de kleintjes, ze boven hun hoofd tillen of de lucht in werpen met naar zeggen zelfs fatale gevolgen. Het fascisme komt aan de macht. En de trekkers komen en rijden de boel plat; er is geen plaats voor kleine mensen meer.

Rosa de vrouw van Lemmy (waarmee de beide kleine hoofdkarakters zijn genoemd) merkt op:
“Je zo bedreigd te moeten voelen door alles wat een beetje afwijkt.” Ze vindt dat je met dergelijke normale angstige mensen medelijden zou moeten hebben. Haar leven lang heeft ze gedaan wat mensen van haar verwachtten; dat ze door haar domheid en onhandigheid komisch en vermakelijk zou zijn. Wat verwacht je anders van een kleintje. Opeens is dat zelfs niet meer voldoende en worden de kleine mensen weggeveegd. Waarom? Ze voldoen niet aan de norm.

Lemmy is uit New York meegekomen toen daar de attractie was afgebrand en zijn moeder verdween. Zogezegd was ze omgekomen in de brand. De vernietiging in Duitsland is een volgende klap. Er is nog een kans. Er is plek binnen een rondtrekkende groep in Engeland, inclusief uitreis mogelijkheid weg van  het land waar de fascisten aan de macht zijn. Alles heeft Rosa er voor over om te vertrekken naar de vrijheid. Lemmy twijfelt. Wil hij nog wel de vermakelijke pias zijn en daarmee zijn zelfrespect te grabbel gooien. Het kan zijn dat iedereen zich aanpast aan de gewenste rol, maar wil hij die rol nog wel?

Het geschenk is in 2024 actueler dan in achttien jaar daarvoor. Het wijst er op wat we te verliezen hebben. Niet voor niets begint het met positieve motto's: Paul van Oostaijen voor een vrolijke noot, en als dat niet genoeg is een welkom door Walt Disney*, maar de eerste komt van Goethe die trommelt op het versleten vel van de geanimeerde kant van het dwergenleven, de ingesleten capriolen.

De uitspraak van Rosa over de angst is er een om bij stil bij te blijven staan: ook in andere situaties waar sprake is van uitsluiting op grond van uiterlijke, innerlijke of sociale kenmerken.

Haben wirklich Platz genommen,
Wissen nicht wie es geschah
Fraget nicht woher wir kommen,
Denn wir sind nun einmal da!
7610 Zu des Lebens lustigem Sitze
Eignet sich ein jedes Land;
Zeigt sich eine Felsenritze,
Ist auch schon der Zwerg zur Hand.
Zwerg’ und Zwergin, rasch zum Fleiße,
7615 Musterhaft ein jedes Paar
Weiß nicht, ob es gleicher Weise
Schon im Paradiese war.

Onze plaats weer ingenomen
Weten niet hoe 't is geschied.
Vraagt maar niet vanwaar wij komen;
Want we zijn er, zoo ge ziet.
7610 't Blij-bedrijvig leven woont
Naar zijn zin in ieder land;
Waar een rotsspleet zich vertoont
Zijn ook dwergen bij de hand.
Dwerg en dwergin, vlug en noest
7615 Werkend op voorbeeld'ge wijs;
Weet niet of 't al net zoo moest
Eertijds in het paradijs.

Tekst als opgenomen in De grote wereld met de regels 7610-14
die daarin ontbreken. Bron.

Vertaling Nico van Suchtelen in Faust. Deel 2 (Amsterdam: Wereldbibliotheek, 1920)

Noot:
* De twee andere motto's:
  To all who come to this happy place: welcome!, Walt Disney
  Et voila glimlach, Paul van Ostaijen


 

vrijdag 19 juli 2024

Op bezoek 3 – doorjassen


Vreemd verschijnsel is dat. Ik verteld dat ik niet te ver, niet te hard en niet te lang fietste. De reactie was: verstandig. In juni sloot ik mijn vakantie al binnen een week af, ik had nog een dag of tien te gaan. En ook toen: verstandig. Lichamelijke kwalen nopen me ertoe, en het is verstandig dat ik niet doorjas, maar dat wil ik niet horen. Eigenlijk wil ik horen: wat rot voor je. Alsof je daar meer mee op zou schieten.

Het komt wel mooi uit dat de navigatie van mijn telefoon een route uitzet die tien kilometer korter is dan die ik op de heenweg fietste en nog veel korter dan de route die ik in het begin nam, langs de LF2. De afstand was toen 120 km. Op de pont bij Bergambacht heeft een wielrijder nog wel een toeristische tip voor me, maar ik wil door.

In de Alblasserwaard kwam ik al een bordje tegen dat de weg ergens in augustus afgesloten zal zijn in verband met de Tour de France Femme. Het was toepasselijk de Zijdeweg. Van een foto is het niet gekomen, maar ik zal opletten of ik het op televisie zie. De Broekmolen langs dezelfde weg kiekte ik wel.



Op bezoek 2 - Even was ik 'n walvis

 

De camping ligt naast een spaarbekken, de Grote Rug. Daarachter ligt de indringend zoemende chemische industrie. “Het is die van de PFAS vervuiling,” werd me verteld. Er langs fietsen was maar een klein eindje om. Inderdaad het beruchte Chemours / Du Pont. “De omwonenden kregen een kaartje voor het zwembad en hun tuin kon gesaneerd worden,” voegde mijn zegsvrouwe toe. Een lekkere manier om al decennia bestaande problemen te verhelpen.

Haar vertel ik over de enorme hoeveelheden springbalsemien die ik zag en dat een invasieve soort is uit de Himalaya en hierheen gehaald om de bloemenpracht. Als je daar kan overleven lukt het in Nederland zeker en dat was te zien.

Zwemmen deed ik zelf in de Westergoot die aansluit op het Wantij. Op dat tweede water waren jongeren aan het waterscooteren. Op het moment dat ik onderdook hoorde ik hun schroef snerpen in mijn oren. En besefte ik plots waarover walvissen klagen. Geluid onderwater draagt ver, dat heeft nadelen: bij veel geraas kan je je vrienden niet meer horen. Maar het water was lekker op deze hete dag.

Iets meer meeleven met de wereld wil ik. Toch vind ik € 4,20m voor een krantje niet gering. Oké je hebt gelijk een mooie mening van Paulien Cornelissen. Het uitspreken van een U, S, en A levert een zuur mondje op zag ze op een foto. Een nieuw land zou dan ook cheese in de haar naam moeten verwerken. De columniste zegt speels meer dan er staat. Tenslotte las ik nog het verhaal over de kelderende beurskoersen van ASML. Hier gaat het niet over geluid, maar over dat licht onbedoeld schaduwen werpt. (Ik schreef deze week zelf ook al over deze techniek.)

Op bezoek 1 - Let op Vlaggenmast!




Stoere merels. Tiftuffende plezierbootjes en razende auto's doen wie het meest geluid kan maken, maar waait de wind alles, inclusief de stemmen van mensen, weer tot een zomer soundscape. Naast me staat mijn tentje en in mijn nieuwe notitieboekje staat een eerst zin (die hiervoor).

Wat voor zinnen ga ik hier verder schrijven. Bovenaan de pagina's staat alvast voorgedrukt in drie talen: inhoud en thema, waarachter ik deze in kan vullen. Nederlands zit er niet bij. Maar dat gaat het wel grotendeels worden. Welk Nederland en waarover dat moet nog blijken.

Voorlopig blijft het bij geluiden. Hoewel ik de lach van de specht pas op de vogel durf te plakken als ik hem van boom naar boom zie gaan.

Langzaamaan wordt het stiller op de camping. Zacht stappende voeten gaan langs mijn tentje, soms vooraf gegaan door zwaaiende bundels zaklamplicht; de fabriek aan de andere kant van de Grote Rug, wordt steeds hoorbaarder met zijn volle zoemende geluid, zoals dat van een ouderwetse koelkast die stil werd bij een flinke klap of schop.

Whrohg, whorgh, whorgh hoor je de trein ieder kwartier over de spoorbrug denderen. Dat stopt 's nachts tegen tweeën om vanaf vijf uur 's morgens weer te beginnen. Dan zijn ook de vogels er weer en wat uren later de kinderen die het soundscape kleuren. De witte bootjes zijn even vroeg op pad.

Maar wat een heerlijk rustig sfeertje hangt er hier. “Alle mensen zijn vriendelijk,” hoor ik iemand tegen haar mobieltje zeggen.

dinsdag 16 juli 2024

Chip War



Hoogwaardige onderdelen uit het Westen zitten in veel Russische wapens. Ook in wapens die ingezet worden in de oorlog in Oekraïne.1 Het gaat dan veelalook om chips. Rusland kan ze zelf nauwelijks produceren. Om ze in wapens te integreren worden ze zelfs uit wasmachines gehaald. Het land loopt sinds het begin van de opkomst van de chipproductie achter de ontwikkelingen aan en heeft het vrijwel geheel opgegeven op deze markt te opereren. De Sovjet en Russische aanpak wordt door Chris Miller beschreven in Chip War; The fight for the world's most critical technology.

Rusland vormt zeker niet de hoofdmoot van het boek. De Koude Oorlog speelt wel een belangrijke rol. Dat de Russen in staat waren een man in de ruimte te brengen veroorzaakte een schok in Washington en die was een krachtige stimulans om technologisch overwicht te krijgen en schijfjes met daarop aangebrachte transistors begonnen aan hun opmars. De techniek achter die chips2 werd toegepast in de Minuteman II intercontinentale ballistische raketten (ICBM's). Enige tijd later stuurden chips vinnen aan op de Paveway bommen – die in Vietnam werden afgeworpen en veelal hun doel misten – en ze werden daardoor veel effectiever. De geleide bom was geboren. De Verenigde Staten zetten volop in op deze technologie.

Het boek gaat over oorlog stelt de titel. Maar het woord oorlog wordt wel vaker voor andere vormen van strijd gebruikt. Hier gaat dat om het verwerven van technologisch overwicht en controle op de verspreiding van die technologie. Dat heeft zeker machtspolitieke en daarmee militaire kanten, bovendien staat de schrijver ook nog eens stil bij de integratie van deze technologie in wapens en de betrokkenheid van het Pentagon en het militaire onderzoeks instituut DARPA bij de ontwikkeling van chips. Het boek onderstreept het geopolitieke belang ervan.

Een opvallend aspect is dat er veel aandacht is voor de techniek. Niet in techneutentaal, maar in begrijpelijk Engels. Voor de hand liggende woorden worden uitgelegd. Een waferstepper, print bijvoorbeeld stap voor stap patronen op een siliconen schijfje. Voor een deskundige zit er waarschijnlijk niets nieuws op dit gebied in het boek en worden zaken te eenvoudig weergegeven. De leek krijgt van de schrijver echter rudimentaire gegevens over de techniek achter de chips en lithografische machines. Het boek valt op door zijn leesbaarheid, terwijl het toch het strooien met gegevens en ingewikkelde zaken niet schuwt.

Chip War behandeld driekwart eeuw ontwikkelingen en de hoofdrolspelers daarin, die samen de wereld ingrijpend hebben veranderd. Deze bespreking wordt bijvoorbeeld geschreven met behulp van chips, auto's bevatten er velen om ze bedienen, en veel consumenten goederen en wapens zitten vol semiconductors. Het boek zet de rol van chips stevig, maar overzichtelijk, in de verf. Ze worden door de schrijver tot vrijwel het belangrijkste element gemaakt in de ontwikkeling van oorlog en wapens. Mogelijk is dit ook zo. Al toont het onderontwikkelde Rusland3 aan dat slecht aangestuurde wapens die ver naast hun doel vallen even zo goed een demoraliserende en vernietigende rol kunnen spelen in de oorlog met een niet al te sterke tegenstander, zoals buurland Oekraïne.

Een belangrijk element dat in Chip War wordt beschreven is de uitbesteding van de productie naar vooral Azië, waar het Taiwanese TSMC en Koreaanse Samsung belangrijke producenten zijn. Die productie vereist mega investeringen, een chipfabriek kost zo'n $ 20 miljard en veel kennis om op te zetten. Dergelijke productie kan je bovendien niet simpelweg kopiëren. Dit zijn de eerste knelpunten voor andere landen om voet aan de grond te krijgen op die markt. Daarbij komt dat er een scala aan essentiële bedrijven in de productieketen zit. Machines om chips te produceren komen vooral uit Brabant en dat is niet alleen economisch interessant4, maar ook machtspolitiek. (Zie Tabel met leveringen uit strategische goederen). Een knelpunt betekent invloed. Nederland speelt niet helemaal in de top een rol, maar wel daar vlak onder. De VS neemt dit serieus.5 Ontwerp (software) voor chips is vooral een VS aangelegenheid. Deze knelpunten geven mogelijkheden voor controle, zoals bijvoorbeeld het Chinese ZTE merkte toen het werd uitgesloten van goederen van Amerikaanse bedrijven. Binnen de kortste keren lag het op zijn gat. Een moment dat de schrijver vergelijkt met de betekenis van de Spoetnik in de ruimte voor Washington. China zal hier op gaan reageren. Tot welk resultaat dit zal leiden laat in het midden. Hij vermoedt dat het land zich op enkele knelpunten zal richten om daar de afhankelijkheid te verkleinen.

Leveringen van apparatuur en onderdelen voor de vervaardiging van halfgeleiders* 2020-2024 (t/m mei)

Land(en)

Aantal

Totaal (alle vergunningen)

Diverse

7

** €32.501.006.035

Taiwan

19

** € 31.508.551.012

China

56

166.864.139

Israël

49

32.527.592

China, Taiwan

23

12.232.244

Israël***

1

10.000.000

Zuid-Korea

7

7.658.992

Singapore

5

4.483.500

Maleisië

2

4.001.502

India

4

2.808.761

Singapore, Zuid-Korea

4

1.400.000

India, Maleisië, Singapore, Zuid-Korea

6

1.298.951

Servië

1

1.000.000

Maleisië, Singapore, Zuid-Korea

6

767.701

Filipijnen, Maleisië, Singapore, Zuid-Korea

6

730.223

Maleisië, Singapore, Thailand, Zuid-Korea

1

100.000

Filipijnen, Israël

3

276.083

VS

1

132.732

Brazilië

1

100.000

Mexico

1

50.000

Oekraïne, Turkije

2

20.000

China, Hong Kong, Taiwan

2

20.000

Turkije

1

5.161

Bosnië-Herzegovina, Noord-Macedonië, Servië***

3

0

  • Geaggregeerde gegeven uit de tabel Maandelijkse rapportage uitvoer dual-use-goederen (bekeken 9 juli 2024). In de kolom 'aantal' staat hoeveel afzonderlijke vergunningen zijn verstrekt. De regel Diverse roept de vraag op welke landen daaronder vallen.

  • Leveranties van lithografische apparatuur bedoeld voor wetenschappelijk onderzoek (zoals geleverd aan Bosnië, China, Taiwan en Zuid-Korea) zijn buiten de tabel gelaten.

  • De originele tabel van de Nederlandse overheid bevat een overzicht per levering.

    Noten:
    * semiconductors, halfgeleiders, microchips
    ** Bedrag grotendeels bepaald door leveringen lithografische apparatuur.
    *** Levering bedoeld voor ontwikkeling van lithografische apparatuur

    Zie ook: Bert van Dijk, 'Alle aandacht bij ASML naar orders voor geavanceerde chipmachines', FD, 15 juli 2024.

Miller werkt vooral toe naar een conclusie dat de Verenigde Staten er voor moet waken niet achterop te raken en moet inventariseren elke middelen het heeft om de Chinese technologische ontwikkeling in te snoeren. Het is bijna alsof het een wetmatigheid is dat dit de rol van de VS en het lot van China moet zijn; alsof er sprake is van een slechte en een goede partij. Toch zijn de Verenigde Staten tot op heden militair aanzienlijk meer aanwezig en agressiever in de wereld. Washington heeft bases verspreid over 45 landen (China in een kwart daarvan, inclusief de landen waar het nog een streven is om er militair voet aan de grond te krijgen). De VS intervenieerden zo'n 100 maal regelmatig militair in andere landen na afloop van de koude Oorlog. Vaak met negatieve gevolgen voor de getroffen landen en de bevolkingen. (Van de grootmachten ondernam China de minste militaire interventies bleek uit onderzoek). Niet alleen China maar ook de VS gebruikt de IT-techniek voor controle, zelfs op wereldschaal, zoals Henry Farrell en Abraham Newman in Underground empire; how America weaponized the world economy beschreven. Dat betekent niet dat je daarom begrip voor China moet hebben, of de ontwikkelingen daar kapot moet relativeren. China wordt terecht door Miller neergezet als een staat waar kunstmatige intelligentie samengaat met een autocratie met maximale inzet van controle technologie. Het is geen brave broer, en heeft zijn eigen methoden om invloed te verwerven. Maar wat meer machtspolitieke context, en meer oog voor het goede en slechte aan beide kanten om machtspolitieke doelen te bereiken zou niet misstaan in een boek als dit.

Wat ook mist is een evaluatie welke technologie essentieel is voor de oorlogsvoorbereiding en welke onmisbaar is voor de civiele markt. Vaak zal dit overlappen. Hoe weeg je dan de belangen met het oog op het creëren van het noodzakelijke greintje vertrouwen. Welke technologie moet wel en welke niet aan banden gelegd worden zonder een handelsoorlog te ontketenen of de civiele ontwikkeling van een ander land te frustreren.
Het wordt af en toe in algemene termen behandeld, maar de export van dual use technologie die wezenlijk is voor de civiele samenleving coûte que coûte aan banden leggen is ongewenst. Het ontrafelen van deze ingewikkelde knoop is echter van groot belang. Meewerken aan de ontwikkeling van het Chinese kernwapenarsenaal of hypersonische wapens lijkt onverstandig. Net zoals het beperken van de leveringen van goederen die voor het gebruik binnen militaire gevechtshandelingen toepassen van kunstmatige intelligentie voor autonome inzet mogelijk maken. Maar een handelsoorlog klinkt misschien onschuldig, maar draagt het risico in zich dat heet tot een hete oorlog leidt, het zou niet voor het eerst zijn.

China mag een economische en machtspolitieke tegenstander zijn, maar dat noopt tot overleg en wederzijdse afspraken, niet een politiek waar haviken aan de touwtjes trekken, zoals steeds meer gevolgd wordt. In het geval van Rusland ligt het fors anders. Het land is een ander land binnen gevallen en het is begrijpelijk dat de export van hightech naar Moskou aan banden is gelegd. Het zoveel mogelijk voorkomen van leveranties van semiconductors aan Rusland stopt de oorlog niet. Het zorgt er wel voor dat de Rusland zich in vele bochten moet wringen om chips te verwerven om in wapens in te bouwen (ze komen onder andere uit China, maar ook uit Turkije (NAVO)  en de VAE, 'n bondgenoot).6 Door de zwakke positie van Rusland op het terrein van chips zou een stevig embargo dit kunnen werken. Maar als zelfs een NAVO-lid dit aan zijn laars lapt dan is er weinig ruimte voor optimisme.

De grote nadelen van een sanctiepolitiek worden niet genoemd. Door China steeds verder af te sluiten van Westerse kennis en ontwikkelingen zal het land zijn eigen systemen moeten gaan produceren. Dat zorgt voor een gespleten wereld. Wie sluit zich aan bij de (vermoedelijk) goedkoper op de markt gebrachte systemen uit China en wie bij die door de VS gestuurd worden. Compatibiliteit van beide is zeker niet gegarandeerd. Het probleem en de kosten daarvan ($ 7,4 biljoen krimp wereldmarkt, ofwel de omvang van de Franse en Duitse economie samen) wordt al serieus besproken.

Bovendien hoe meer beperkingen je oplegt, hoe minder ruimte ervoor beïnvloeding overblijft. Dat is letterlijk zo, maar ook doordat de afstand tussen de machtscentra hierdoor steeds verder vergroot. De een werkt de ander actief tegen en die reageert met maatregelen die dit moeten omzeilen. Schrijfster
Agathe Demarais stond juist uitgebreid stil bij deze nadelen in haar boek Backfire; How sanctions Reshape the World Against U.S. Interests.

Chip War richt zich echter vooral op de machtspositie van de VS in dit krachtenveld zonder die bezwaren te noemen. Deze positie wordt onderschreven door de lovende woorden voor het boek van admiraal b.d. James Stavridis, voormalig opperbevelhebber van de NAVO:
“Miller heeft de essentie van het meest gevoelige en strategische element van de geostrategische competitie in de 21sste eeuw gevangen. Dit boek is briljant en onderhoudend geschreven, overtuigend en gebaseerd op zowel geschiedenis als technologie. Het is een krachttoer!”

Het is inderdaad knap geschreven en zeer interessant, maar de krachttoer moet nog komen en dat is een de-escalerende ontwikkeling van de handel in en de productie van chips en de enorme technologische ontwikkeling in de wereld. Een weg die moet leiden naar afspraken over toegang tot essentiële technologie en de controle erop waar het veiligheidsrisico te groot is. Afspraken over de chips ontworpen door Nvidia, buitengewoon bruikbaar in AI ontwikkelingen zijn daarbij van groot belang. Dat moet vooral via overleg, en niet via sanctiepolitiek. Vertrouwen moet weer opgebouwd worden. Het uitsluiten van China leidt niet tot die afspraken, maar tot parallelle structuren, waarvan niemand weet waar die toe leiden. Dat is ook voor de oplossing van conflicten elders ongunstig.

Chip War is een boek over techniek, ondernemerschap en macht. De halfgeleider speelt hierin een centrale rol .Chips werden deel van de machtspolitiek, met die frase zou je het boek kunnen samenvatten. De pioniers van de technologie “lieten een blijvende indruk achter, niet allen op silicium schijfjes maar op al onze levens (…) en zullen de toekomst vormgeven,” zo sluit Miller zijn boek af. Silicon is een scheikundig element, dat in het Nederlands silicium of kiezel heet. Zo'n kiezelsteen heeft schoonheid, maar kan in je schoen behoorlijk wat narigheid veroorzaken. Hoe dat voor te zijn, is de vraag die voorligt. Dit boek geeft, ondanks zijn beperkingen, maar ook met veel kennis en denkwerk, stof tot nadenken op dit gebied.

Voor een samenvatting zie Broekstukken

Noten:
1 De restanten van een Noord-Koreaanse ballistische raket die werd gevonden in Oekraïne bevatte onderdelen gemerkt door bedrijven uit de Verenigde Staten (75 procent) en Europa (16 procent). Dit werd gerapporteerd in een rapport door Conflict Armament Research (CAR). CAR identificeerde 26 bedrijven gevestigd in acht landen: China, Duitsland, Japan, Nederland, Singapore, de Verenigde Staten, Taiwan, en Zwitserland, die in verband kunnen worden gebracht met de productie van deze componenten.
Een ander rapport stelt dat in de eerste tien maanden van 2023 militaire inzetbare goederen uit de VS, EU en het VK ter waarde van $ 8,77 miljard naar Rusland geëxporteerd werden. Dat was nauwelijks minder dan in de periode voor de sancties (- 10 procent). Annex 4 uit dit uitgebreide en helder geïllustreerde rapport vermeldt 250 bedrijven. Leveringen omvatten die van chips.
Ondanks de sancties kan Rusland wapens blijven produceren, waarvan sommigen 40-50 Westerse onderdelen nodig hebben, met dan aan de 'grijze' importen.
Prosecutor General of Ukraine Andriy Kostin "underscored that the missiles and drones used by Russia to attack Ukraine contain foreign components manufactured in at least 19 countries. These include China, South Korea, Germany, the United Kingdom, Japan, the Netherlands, Switzerland, Taiwan, the United States, and others. (...) In 2023, despite the sanctions, Russia managed to import more than $1 billion worth of chips for arms production." https://www.ukrinform.net/rubric-polytics/3884852-kostin-in-the-hague-we-coordinated-efforts-with-partners-to-prevent-illegal-transfer-of-technology-to-russia.html

2 Semiconductors, microprocessors, halfgeleiders, (micro)chips het wordt allemaal gebruikt om dezelfde producten te benoemen.

3 Moskous stotterende oorlogsmachine, is een artikel over de staat van de Russische wapenindustrie. SIPRI medewerker Wezeman stelt hierin dat de Russische bommen wel werken, in de zin dat ze ergens vallen in de Oekraïne, maar dat ze daarbij weinig precies zijn: "Ze raken van alles, en dat is voldoende voor Rusland,” stelde de onderzoeker. Als Rusland oprukt komt dat niet door de goede wapens, maar doordat Moskou bereis is ver over de grenzen die het oorlogsrecht stelt heen te gaan en bereid is enorme verliezen van materieel en militairen te accepteren. Katharina Wagner , 'Moskaus stotternde Kriegsmaschine', Frankfurter Allgemeine Zeitung, 19 juni 2024.

4 Bij een Bruto Nationaal Product vormen de leveringen aan Taiwan en Diversen door AS ML zo'n 6 procent daarvan. Het is overigens de vraag wie die Diversen zijn die bovenaan de lijst staan. Het alleen daarbij al om een grote financiële waarde, met mogelijk strategische complicaties.

5 Een hoge Amerikaanse functionaris gaat Japan en Nederland bezoeken om te vragen nieuwe exportsancties aan China op te leggen, Financieele dagblad 16 juni 2024.

6   Ruslands wapenindustrie importeert nog steeds vitale CNC machines ondanks de sancties. Turkije, de VAE, en China opereren als sleutel doorgeefluiken voor Westerse technologie om de Russische wapenindustrie te versterken.


 

maandag 15 juli 2024

Drie novellen

Drie novellen is het boekenweekgeschenk voor 1939 onder redactie van Emmy van Lokhorst en Viktor E. van Vriesland.* Bij verschijnen is het al oorlog in Europa en het helemaal losbreken ervan is nog maar een paar maanden weg. In het geschenk is daar niets van te merken. Het draait om het versterken van de “liefde tot onze schone letteren.”

            ---

Het begint met Huwelijk, een novelle door Antoon Coolen over de relatie tussen een boerenzoon en -dochter. Van de tweede is de vader kort daarvoor overleden. Ze woont aan de rand van de ontgonnen wildernis, maar achter is het woeste woud nog overeind blijven staan, alsof het er altijd nacht is. Je vermoedt in die schets een metafoor voor leven en dood.

De woorden staan, waar ze moeten staan, maar dat is wel eens gewoonweg saai. Anderzijds wordt hier fijngevoelig een vrouw beschreven die doet wat ze wil doen, en daar met ziel en zaligheid voor gaat, ook als dat tegen haar eigen belang in lijkt te gaan. Dat de omgeving daarop met bekommernis reageert en de ernst ervan miskent, betekent dat die niet alleen onhandig probeert te helpen, maar ook de overwogen keuze en het gevoel van de vrouw ontkent en ontkracht. Wat je ook van de conservatieve katholieke sfeer vindt die over het verhaal hangt, Coolen heeft hier in heldere streken een doorzetser neergezet, al is het einde wat te dramatisch.

De schrijver is
aan het eind van de 19e eeuw geboren in Wijlre/Wielre in Limburg. Hij schreef over Limburg en de Peel. Schetst hij hier een waarheidsgetrouw beeld van het boerenleven daar zo'n honderd jaar geleden? Vermoedelijk. Dat betekent dat je even een blik over je schouder kan werpen naar een tijd dat mijn ouders niet eens geboren waren in een grotendeels andere wereld.

           ---

De vele wonderlijke dingen waarvan hier verhaald zal worden, gebeurden in het land der Barito-Dajaks, toen Controleur Herman Allard en zijn eensgezinde vrouw Duijveke trachtten, de Dajaks - die wilde wezens van het water en het moeras-woud - op te voeden tot menschen.
Ten eenenmale onmogelijk scheen dat.”

Collectie Tropenmuseum: S.S. Selaton
op de Barito, Borneo. Bron wiki
Hiermee opent de novelle Liefde en geweld langs den Barito van Augusta de Wit die speelt op Borneo. Daar gaan we weer, denk je meteen; de Belanda komt, hij oordeelt en voelt zich verheven. Het is driekwart eeuw na een strafexpeditie in de regio rond de Barito, waarbij steenkool voorraden in het gebied een belangrijke rol speelden.

De Wit is de maand voor publicatie overleden en was bij leven communiste en antifasciste.**

Langzaamaan neemt het verhaal steeds meer afstand van de neerbuigende visie. Een passerende oogarts sprak over de Dajaks als “een hoogbegaafd volk” en ja de nobele wilde heeft nog een lange weg te gaan, maar draagt de kiemen in zich van “de schoonste mogelijkheden.” En, zo stelt hij: “Dajaks zijn dichters, muzikanten, kunstenaars, zoals de natuur van den beginne aan heeft gewild dat de mens zijn zou,” maar ook dat het nog dieren zijn. Toch is in dertig pagina's flinke vooruitgang geboekt van onmensen naar een volk met kwaliteiten en “geen denkend mens kan anders dan hen liefhebben”.

Die oogarts ziet de effecten van muskietensteken in het moeras op de ogen van de Dajaks,
“ze hadden bloederige wonden in plaats van ogen.” De Controleur vroeg zich zelfs af of ze geen gelijk zouden hebben als ze de koppen van Westerlingen zouden snellen. De producten van hun land werden gebruik, maar ze kregen er niet eens hygiënische voorzieningen voor terug. Alleen met het stellen van die vraag door een karakter in de novelle neemt De Wit een stevige positie in.

De novelle sluit af met een hoofdstukje over ouderliefde. De kloof tussen de animistische Dajaks en de Nederlandse bestuurders is groot, maar ook dit slot toont het zoeken naar begrip en waardering voor oorspronkelijke bewoners; dat zoeken zit ook al in de titel tussen de botsende begrippen liefde en geweld. De novelle vertelt over de moeizame relatie tussen inheemse mensen en de Westerse kolonist, maar werkt, hoewel moeizaam, naar begrip en toenadering.

Er is koloniale literatuur die de situatie in de buitenposten beschrijft als hels. Dat is hier wat tammer, maar ook hier is het geen pretpark in de natuur. Er zijn grote en kleine beesten die gevaarlijk zijn, giftige planten, en de confrontatie met de ellende van de lokale bevolking hakt er in.
Er is een koloniaal bestuur dat met macht en botheid zijn positie overeind houdt, ook richting de eigen ambtenaren.

In Liefde en geweld... spreekt dat onder andere uit de gang van zaken rond een muskietenkamer, waar je veilig beschermd tegen steken kon zitten. Maar wist de bewoner dan niet dat: “de wet verbiedt enige verandering hoegenaamd aan te brengen in een regeringsgebouw?” De regent beval de bewoner de muskietenkamer af te breken. Kort daarop kwam het huis leeg te staan; de bewoner had moeten vertrekken wegens malaria. De vrouw van de huidige controleur is verbijsterd als ze het verhaal hoort.

            ---

Afgesloten balans is geschreven door Johan van der Woude***. De novelle is vooral een onderzoek in het hoofd van de verteller Pareau naar hoe een relatie misliep tussen twee vrienden van hem, Lea en Maarten, die samen een zoon hebben. Zijn onderzoekingstocht loopt dood als het gaat om de oorzaken van hun manier van elkaar afstoten en kwetsen; die ligt in hun jeugd en daarvan weet hij niet genoeg. Maarten komt daarover tenslotte vertellen om het eind oordeel door Pareau wel mogelijk te maken.

Lange tijd vind ik twee zinnen het meest opvallende van de novelle. Niet omdat ze zo mooi geschreven zijn, maar omdat ze lijken op een nu veel voorkomende taalfout:
“hij heeft zich beseft.” Hier is het: “Ik zag je vanmiddag, maar ik kon mij begrijpen (...)”. En een paar pagina's verder: “(...) het werd hem echter een behoefte zich opnieuw met hem te meten.” Kennelijk was het goochelen met hulpwerkwoorden en voornaamwoorden vijfentachtig jaar geleden ook al in zwang.

Los van de moeizame taal waarin de novelle is geschreven, is het knap werk zo over het denkwerk binnen een hoofd te schrijven; e
r is nauwelijks actie, nauwelijks dialoog. Een relatie te ontrafelen en te laten zien welke waarde dit kan hebben binnen een (aflopende) vriendschap is bovendien een literair thema met betekenis. Er worden herkenbare mechanismen blootgelegd voorkomend uit de wens naar erkenning, egocentrisme en bijvoorbeeld afstandelijkheid. Er worden daarbij absurde beelden geschetst: “Hun huis stond op een vulkaan, waarin de drie mensen afzonderlijk hun horlepiep dansten en toch wanhopig poogden met elkaar in de maat te blijven.”

Als lezer vermoed je een schrijver met een achtergrond in de psychologie. De schrijver is echter begonnen in het familie bedrijf Fa. J. van der Woude & Zoon - Technische bureau centrale verwarmingen, zo is op wikipedia genoteerd. Hij ontwikkelde zich echter steeds meer tot schrijver van artikelen, hij vertaalde en schreef romans en daarbij stimuleerde hij anderen te publiceren, zoals Maria Dermoût.

Noten:
* Op de website van de Nederlandse Bibliotheek is de hele bundel te lezen als pdf, txt of epub of als scan. Dat is inclusief de namen van de leden van het erecomité voor de betreffende boekenweek onder voorzitterschap van de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap, Dr. J. R. Slotenmaker de Bruïne en de gezant van de Unie van Zuid-Afrika. Dr. H. D. Broekhuizen. Van Vriesland leverde eerder een bijdrage aan het geschenk van 1932. Van Lokhorst en Van Vriesland zouden samen ook de geschenken van 1940 en 1941 samenstellen.
** Augusta de Wit komt een flink aantal keren voor in:
Waarom schrijf je nooit meer?' Briefwisseling Henriette Roland Holst - Henk Sneevliet, Bezorgd door Nico Marcus.
*** Van der Woudes leverde ook al een bijdragen voor Rondom het boek, het geschenk van 1937. Voor een overzicht van zijn werk zie dnbl.nl.