Deur in het vervallen Franse stadje Bayeux, 23 juli 2014 |
Zwartgallig
is het verhaal Een vrouw en de oorlog (een vervolg) van de Japanse
schrijver Ango Sakaguchi uit 1946. Vervolg betekent dat het een tweede
ongecensureerde versie is. De Amerikaanse bezetter van Japan
streepte twee maanden daarvoor delen uit de eerste.
Sakaguchi
was wars van het Japanse nationalisme, zelfs van kersenbloesem moest
hij niets hebben. Volgens Luc Van Haute - deskundige op het gebied van de Japanse literatuur en vertaler van het verhaal naar het Nederlands - was hij antimilitarist.
Het
verhaal speelt aan het slot van de Tweede Wereldoorlog in een
zwartgeblakerde omgeving. Zwart zijn ook de donkere inktwolken waarmee het wordt geschreven.
Achtergebleven
oude mannen proberen een slaatje te slaan uit de oorlog. “Hun
overlevingsdrang was te vulgair voor woorden. (…) Die kerels
haatten de oorlog omdat ze geen zoetigheden konden eten, zich niet
lustig konden amuseren en krap bij kas zaten, maar ze waren alleen om
zichzelf bekommerd, en al de anderen, hun landgenoten, net zo goed
als de rest van de wereld, mochten liefst zo snel mogelijk creperen.”
De
hoofdpersoon, een vrouw van lichtere zeden, zoekt de bescherming van
een man die ze liefheeft, maar waarvan ze denkt dat hij haar na de
oorlog zal verlaten voor een nette vrouw. Ze geniet van alles wat
zwart wordt en roept de Amerikanen sarcastisch op met nog meer
vernietigingskracht de boel plat te gooien.
Het verhaal heeft haakjes die in mijn hoofd blijven hangen. Precies 69 jaar
geleden werd de eerste atoombom geworpen, een voorval nog zwarter dan
een tekst kan zijn, maar dit verhaal zet het literair kracht bij. Geen wonder dat hij niet ongekuist mocht verschijnen.De macht houdt niet van kritiek zelfs niet in literaire vorm.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten