Het verhaal raakt weggemoffelde problemen tussen hen beiden. Ze verstoppen zich voor wat mis ging. Volgende missers liggen daardoor op de loer. De novelle legt het falen, en de redenen daarvoor, steeds verder bloot en geeft woorden aan psychologische processen die spelen. Loes is daarbij verbaasd dat ze zelf steeds meer ruimte gaat innemen.
Veel problemen lossen zich vanzelf op, constateert ze, als een jongen komt helpen met de tuin waarvan het onderhoud te zwaar op haar schouders rust. Het is een gedachte die problemen kan verlichten. Maar aan zo'n oplossing kunnen ook weer nieuwe nadelen kleven, zo blijkt, – of nieuwe voordelen zal de optimist denken.
Omgeving
Het
boek beschrijft en verwerkt de omgeving. Het huis van Nico en Loes
staat langs de duinrand. Dat lijkt mooi, maar zand loopt tussen de
vingers weg en dient als schuurmiddel, en niet als bodem voor een
bloeiende tuin. Zand heeft geen karakter, maar dringt overal door.
Loes houdt meer van de polder met zijn rechte sloten en de
duidelijkheid van de paden langs de dijken. De polder waar water
rustig is en niet met een nerveuze golfslag beweegt.
Man op ijsstaven in koelcel, Amsterdam, 1 juli 1953 Foto Ben van Meerendonk / AHF, collectie IISG, Amsterdam |
Ook de
titel komt uit een bijzondere omgeving. In de Pyreneeën, waar Nico en
Loes ooit wandelden, lag een gletsjer tegen de berghelling. In
vroeger tijden werd het ijs ervan door dragers naar de paleizen van
Foix, Pamier en Toulouse gesjouwd. Verpakt in een schapenvacht lag
het op de schouders. Gedisciplineerde doorzetters waren die dragers, zo
bedenkt Nico zich met afstandelijke bewondering, alsof hij wel de last kan tillen,
maar niet de kou wil voelen op de schouders,
net zomin als de kilte die tussen het koppel hangt.
Structuur
Problemen zijn er niet om bij stil
te staan, vindt Nico, maar om op te lossen. Sporten, werken, en structuur moeten het doen. De
psychiater houdt niet van vage therapieën. Een mens moet leren zelf
de zaken aan te pakken, en niet eindeloos over zijn problemen tegen
een therapeut aanpraten.
Het doet denken aan de ideeën uit de
tijd dat het geschenk verscheen en de hulpverlener figuurlijk op
zijn eigen handen moest gaan zitten en dat het er niet om ging wat mensen
niet konden, maar wat ze nog wel konden. Ze moesten heel neoliberaal de
eigen boontjes doppen. Een dergelijke politiek term gebruikt Enquist
niet, maar je proeft hem wel tussen de regels. Dat het een visie is die faalt, dat schrijft ze
wel.
Nico wil geen gesprek met, maar structuur voor, omdat praten
geen oplossing biedt en de psychische mankementen er zelden door verholpen worden. Wat moet
je dan met begrip van je eigen situatie, zo vraagt hij, als het niets oplost. Het wegnemen
van dergelijke behandelingen spaart bovendien kosten voor dure
therapeuten uit. Dat lijkt alleen op eerste gehoor goed. 'Kunnen ze
dat dan wel,' vraagt Loes regelmatig heel voorzichtig met aandacht voor de patiënt, als Nico
weer op zijn stokpaard zit. Hij meent dat voor het invoeren van zijn visie weliswaar een stappenplannen nodig is, maar gelooft heilig en fanatiek in dat uiteindelijke doel.
Roos
“Als u over deze eenvoudige bloem, met haar zo duidelijke zichtbare ambivalentie van vlijmscherpe doorns en fluwelen bloembladeren niets kunt vertellen, als u geen gedachten kunt formuleren over het verscholen hart en de dorstige stengel – hoe kan ik u dan op mijn patiënten loslaten?”Deze professor wordt ziek en vervangen door een ander die gespecialiseerd is in directieve therapie en structurerende technieken. Dat past hem beter. De structuur boven de mens.
Gelaagd
De
ijsdragers is geen boek van gemakkelijke antwoorden en eenduidige
verklaringen. Het beroep van de ijsdrager was ook honds zwaar. Ze
droegen net als Nico en Loes een ijskoude last.
Het geschenk zou ook
als gewoon boek verschijnen bij
de Arbeiderspers
Geen opmerkingen:
Een reactie posten