maandag 13 november 2023

De nacht der Girondijnen

De nacht der Girondijnen van Jacques Presser is de winnende inzending van de CPNB-novellewedstrijd uit 1956 en werd daarmee gekozen tot boekenweekuitgave van het volgende jaar: “met dit voortreffelijk geschreven verhaal [kan] een uitstekend voorbeeld van hedendaagse Nederlandse novellekunst overlegd worden,” aldus de jury.

Het boek
speelt zich grotendeels af in kamp Westerbork, waar een Joodse voormalige schoolmeester, vooral om zelfbehoud, de adjudant is geworden van het eveneens Joodse hoofd van de O.D. in het kamp. Die orde dienst moest voor de nazi's zorgen dat alles er naar behoren verliep en ironisch genoeg ook zorgen voor een gevulde trein op dinsdag. Eerst reed die trein naar Auschwitz, later naar Sobibor. Het geschenk is door dit onderwerp zware en nare kost; “somber en navrant” schreef de jury. De novelle kwam af in februari 1956, pas een decennium na de afloop van de oorlog en “behandelt een drama, waarmee ons hele volk geconfronteerd is,” en laat “het cynische Duitse systeem van ontmenselijking,” zien dat “met doordringende kracht wordt beschreven.”

Presser is een van de bekendste Nederlandse historici. Ook rond de studie naar de Jodenvervolging in de Tweede Wereldoorlog heeft hij veel werk verzet. In 1950 kreeg hij van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie (RIOD) de opdracht om de Jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland te beschrijven. Daaruit kwam zijn tweedelige boek Ondergang: De vervolging en verdelging van het Nederlandse Jodendom 1940-1945 voort. Presser was in deel 2 uiterst kritisch ten aanzien van de Joodse Raad. Ook in deze novelle is het kwaad duidelijk neergezet, maar wordt daarnaast ook een bijtend lijntje benoemd.

Het kamp in Westerbork speelde ook een wrange rol in zijn eigen leven. Zijn vrouw

Debora Appel werd betrapt met een vals persoonsbewijs, opgepakt, en via dit kamp afgevoerd naar Sobibor en zou daar als een van de velen om het leven komen. “Dé is gepakt in de trein tussen Amersfoort en Lunteren, bij een persoonsbewijscontrole. Ze berust, ze is heel dapper, maar tevens erg bezorgd om haar man: als die er ook maar niet invliegt door haar schuld,” schrijft Presser. Dé zal vaker terugkomen in De nacht der Girondijnen..

De ironische, maar ook beheerste, schrijfstijl wordt gecombineerd met etsend venijn. De scherpte heeft meer kracht dan de rustige stijl en de tekst doet juist door zijn vorm regelmatig pijn. Het is enorm knap om zo'n beladen onderwerp zo te beschrijven. Hoe werd dit ijzingwekkende boek eigenlijk ontvangen? De Volkskrant noemt het een van de 'aangrijpendste documenten' in de Nederlandse letterkunde. In Het Handelsblad staat over De nacht nog voordat de naam van de schrijver bekend was gemaakt: “Een snijdende novelle, over een onderwerp dat even delicaat als essentieel is, zó gevaarlijk dat er moed voor nodig is, het zó onomhuld in schrift te brengen.”

Het Nieuw Israelitiesch Weekblad constateerde dat een boek met Joden in de hoofdrol het goed doet bij niet-Joden, maar dat de Joden zelf een ander oordeel hadden:
“Hier beschuldigt een Jood, dus de Jood, zichzelf, dus ons.” Een aparte redenering, maar ook op grond van de tekst opmerkelijk, misschien hadden ze de laatste pagina niet gehaald. Ze werd dan ook niet door iedereen gedeeld. “Als analyse van Joodse collaboratie is het indringend en sinister. Het verhaal is een waardevolle bijdrage tot de concentratiekamp-literatuur,” aldus jurylid (en zoon van een Joodsche Raad lid) Hans Gomperts in Het Parool. Presser zelf vertelde in het Algemeen Dagblad hoe hij kwam tot het schrijven van  De nacht der Girondijnen. We weten inmiddels dat het kamp voor hem nog dichterbij kwam dan de plattegrond ervan boven zijn bureau.

Het boekje staat op de website van de Nederlandse Bibliotheek.

Geen opmerkingen: