
De
Zwaardvis
het boekenweekgeschenk voor 1989 door Hugo Claus en speelt op het
Vlaamse platteland, in het fictieve dorp Zavelgem.*
Het begint op de verbouwde boerderij waar Sibylle Verhegge woont met
haar zoontje Maarten. Met haar moeder bespreekt ze dat ze zo snel
mogelijk weg moeten en Maarten niet moet aarden op de dorpsschool,
omdat hij daar iedere dag meer een lompe boer wordt. Een dergelijke
visie zou momenteel al snel tot verontwaardigde reacties leiden. Maar de
toon is ermee gezet. En voor wie het nog niet begrepen heeft, komt het
nog een paar keer terug.
De
zwaardvis is een titel die je bij Hemingway en zijn visser brengt.
Daar wordt een zwaardvis gevangen en weer verloren (ik besprak The
old man hier).
Hier staat de vis, glad als een onderzeeër, voor de belangrijkste,
de edelste onder de vissen. En vissen staat dan weer voor Christen en
Christus zelf. Dat wordt duidelijk door het Griekse ichtus (vis), weergegeven in het vissensymbool
en dat is tevens acroniem voor 'Jezus Christus, Zoon van God, (en/de)
Redder'. Onderdrukte Christenen in Rome gebruikten het als
verzetssteken. Het motto
van het boek borduurt ook voort op deze vis:
“Hoe zal het zijn wanneer de zwaardvis nadert in ’t wassende water der barbaarse dromen?”
Maurice Gilliams
Als de zwaardvis Jezus, de Eland is, dan zijn de barbaarse dromen het zondebesef. Het klopt precies met de visie die Maarten in zijn hoofd heeft gezet. Overigens de h-klank valt in veel Zuid-Nederlandse dialecten weg (of komt juist daar waar hij niet hoort, maar waar geen medeklinker staat) en daarom is heiland, eland geworden, zo heeft Maarten het opgpikt. Maarten maakt wel meer van dergelijke fouten, zo zegt hij 'president' als hij 'precedent' bedoeld en gebruikt metaalfoor als woord voor beeldspraak. Zelf herinner ik me nu dat ik blij was dat ik woord ridicoculariseren kende. Een tante van me verbeterde dit naar ridiculiseren, minder mooi, maar wel correct. Zo kan je als kind taal leren. De boeren praten dan weer aarzelend met veel euh's doorspekt, sterker nog ze wantrouwden als verdacht, glad, stedelijk bedrog, elke niet haperende zin.
Maarten heeft geen gebrek aan
verbeeldingskracht. Door het meedragen van een houten kruis op zijn
schouder voelt hij zich zelf Jezus. Als blijkt dat de matses die hij
eet, broden uit de Joodse traditie zijn, dan geeft hij pardoes over.
Het geloof dat hij op school buiten de lesssen om meekrijgt heeft een klassiek Christelijk
antisemitisme. De Joden die “die
viezerds, die stinkerds met hun baarden”
ze vermoordden Jezus, zo zegt hij. Het is is
de invloed van de non Dora die aan het einde van haar leven staat en
muzieklerares is op school en hem boek heeft gegeven: 'Jezus, de
mens' dat hij stiekem leest.Maarten zegt dat hij dit idee van zijn meester heeft, maar die zegt als hij hier naar gevraagd wordt dat hij de breuk tussen joden en de christenen betreurt, “men zou kunnen discussiëren over het gedrag van de staat Israël deze laatste dagen, maar er is geen sprake van dat ik (…).” Zo verwerpt hij zijn bijdrage aan Maartens visie op de joden op een te verwachten manier. Maar ook deze visie van de schoolmeester zou nu vermoedelijk op domme verontwaardiging stuiten van hen die elke kritiek op de Staat Israël als antisemitisch van de hand willen wijzen.
Intussen gaat er veel meer mis. Moeder Sibylle is nog geen jaar geleden gescheiden van haar man Gerard; 'n Man die zich zelf belangrijk maakte door alles te hebben wat je maar kon hebben, van een grote traditionele openhaard tot een enorme linde bij het huis. Hij en zijn vrouw konden
elkaar niet uitstaan en uiteindelijk ging
Gerard weg na een hier niet verder beschreven verkleedpartij. Ook over dat wat in zijn biljartkamer gebeurde, zal ik
niet uitweiden. Zelfs de aan lager wal geraakte veearts Richard,
vertelde daarover niet alles toen hij verhoord werd door de politie.Richard is klusjesman op de woonboerderij, kan het goed vinden met Maarten, en woont samen met Julia in de stad. Net als hij is zij alcoholiste.
Richard heeft in de gevangenis gezeten, omdat hij vrouwen hielp met een illegale abortus. Hij deed dit zonder daarvoor kosten te rekenen, maar het was verboden door de wet. “Nu zijn die wetten niet meer zo streng, het is te zeggen, men ziet al eens iets door de vingers,” vertelt Richard aan Maarten.
De meester van de Dorpsschool probeert tegen de klippen op iets van klasse in zijn leven te brengen. Geen bloemetjesbehang maar een declamatorium opgebouwd rond Cybele, de godin van de vruchtbaarheid. Dat brengt hem ook dichter bij de vrouw waar hij tegen opkijkt.“Is het toeval dat Cybele klinkt als Sibylle,” vraagt zij hem. Zijn vrouw Liliane is er wel voor dat het vogeltje bij het muisje op bezoek gaat, zoals zij dat verwoord, en geeft hem aandacht, maar ze is niet voldoende voor zijn ambities.
Zavelgem en omgeving is het benauwende toneel vol kleingeestigheid, en de daarbij passende uitspattingen. Met op het podium een dodelijk geweldsmisdrijf uit drift (de koleire van jaren), een godsdienstwaanzinnige katholieke non en haar discipel, een kleingeestige rijkaard als ex, plus een dwingelanderige en kwaadsprekende oma van buiten. Kortom een echte Claus.
De zwaardvis is een licht verteerbare pil tegen het ophemelen van de plattelandscultuur van West, en Oost-Vlaanderen, Limburg en Brabant (aan beide zijden van de grens), of het idealiseren van het dorpse in het algemeen en is er zeker geen reclame voor. Het lijkt van buiten pittoresker dan het van binnen is. Maar de stad is ook niet alles, zo blijkt.
Noot:
* Nukerke is een deelgemeente van Maarkedal. Hugo Claus woonde er van 1965 tot 1970 met vrouw en kind in een gerenoveerde, achttiende-eeuwse hoeve. Elementen van Claus’ verblijf in Nukerke doken op in de novelle De zwaardvis, meldt Doorbraak en beschrijft daarvan enkele vooorbeelden zowel op het gebied van de omgeving als relationeel. Je kan Zalvelgem dan ook zien als de verbeelding van Nukerke.



Geen opmerkingen:
Een reactie posten