woensdag 15 juli 2015

1 – Amsterdam – Parijs: overstappen



Een paar keer per jaar neem ik de bus van huis naar het centraal station. Het is een slecht begin (van doorgaans een vakantie). Zittende wachten is een luxe die het GVB niet wenst te bieden. Mijn zere voetjes zetten zich schrap om te hangen tegen een schuin glad metalen strookje. Daarna begint het reizen en de rust. De stress afschudden en zien wat er komt.

“(...) de wisselvalligheden van de recente kapitalistische maatschappij,” schrijft Han Kang in De vegetariër een boek over de ongerijmdheden van het snelle leven; vol codes, verwachtingen en knellende kleren. In de trein bedenk ik me wat ook wisselvallig kapitalisme is. Niet alleen zie ik de lichtreclame van Seoul en de langzaam kronkelende alen in een Koreaans plattelands restaurant.

Ik hoor dat de TGV is vertraagd door een kapotte trein op het spoor en nog meer vertraging oplooopt door een brug die openstaat en dus voor de trein gesloten is. Twee bootjes moeten er door.

Op het het ene jacht zit een CEO. Hij belt met een nieuwe klant, terwijl zijn vrouw zich beklaagt: de zon zit achter de wolken. Op het volgende zit een kleine spaarder die nog op zijn 62e met pensioen ging. Hij vaart dag-aan-dag door het land met zo nu en dan een uitstapje naar de rivieren en kanalen van België en filosofeert over stromend water. Een trein met honderden reizigers wacht. Overstappen worden gemist.

Wij hebben de tijd. Vanavond pas met de nachttrein naar Spanje. Parijs is heet. De tocht naar de Eiffeltoren is lang. Onderweg komen we een demonstratie tegen van Parti de Gauche die protesteert tegen de politiek van de Brusselse Troika. Vorig jaar de oorlog tegen Gaza als metgezel tijdens de vakantie. Nu de banden tussen Athene, Berlijn en Brussel (en het IMF in Washington).

“Elk oord van bezinning vraagt om een wandelgang,” Michel de Montaigne in Essays (1595).

4 opmerkingen:

Antoinette Duijsters zei

Begint goed.

martin zei

Letterlijk is het begin altijd even rot met dank aan het openbaar vervoer dat vooral uit is op het voorkomen dat bushokjes aangename plekken om te wachten zijn. In de jaren tachtig begon het met het wegwerken van slaapplaatsen voor zwervers op banken. Nu moeten zelfs passagiers met een kleine beperking er aan geloven.

Anoniem zei

Ik zou direct naar huis gaan, word al moe als ik er aan denk zo'n reis te maken.

Maar je foto's zijn weer prachtig.

martin zei

Reizen is wat ik graag doe. Mijn energie is ook beperkt en daarom zijn er grenzen, maar er zijn is een eindpunt. Heerlijk om weer in zo'n nachttrein te slapen.