woensdag 22 september 2021

Uniform

Als ze maar met de bus of de trein komen (ook en vooral die toeristen)!

Als ik als Kamerlid naar de troonrede zou gaan, dan zou ik geen hoedje opzetten,” zegt iemand tegen me.
“Zou je sowieso wel gaan,” was mijn wedervraag. Je hoeft immers niet. De jaarlijkse hoedenparade geeft altijd stof tot kletspraat.
En ik bedenk me dat ik wel zou gaan: “Met zo'n zwarte golvende wijde hoed, met struisvogelveren en een kantje er langs en daaronder een kanariegeel pak, met oranje stropdas.” Ik zie mezelf de Ridderzaal binnenlopen.
“Ze zouden vinden dat je het Koningshuis niet serieus nam,” is de repliek en dat klopt dan ook precies, of ik zoals Julien Lahaut zou roepen 'Leve de republiek!' dat weet ik niet, maar van mij mag Willie de AOW in.



De fall out van de miljardennota kwam bij me binnen in de vorm van een stroom berichten allen met de klacht: Er is wel meer geld voor de Krijgsmacht en Politie, maar veiligheid is nog steeds geen prioriteit.

Rechts heeft dat woord geclaimd, en vergeet dat veiligheid ook is dat je een eigen dak boven je hoofd hebt, geld voor noodzakelijke spulletjes, activiteiten en het betalen van de tandartsrekening en dat ook mensen in het Zuiden gevaccineerd worden. Dat is een visie op veiligheid die de houwdegens in hun belangenbehartiging van het Wapen vergeten. (Eerst schreef ik 'uniform', maar ook dat komt er bekaaid af, steeds minder militairen en steeds duurdere wapens.)

***

In de lucht vliegtuigen, op de paden groepen jonge toeristen pierewaaiend op de fiets. Corona is weer verdwenen, zo lijkt het. Dansen op de rand van de vulkaan, het klonk zo romantisch. Ik zie nu steeds vaker dat het stompzinnig is.

In de duinen zie ik de oude man die ook al jaren op zijn fiets zonder ondersteuning naar het strand trapt. “Drie versnellingen,” zegt hij, “als het niet gaat stap ik af.” De oude boswachter uit Bloemendaal heb ik dit jaar nog niet gezien. Jammer ik mis het praatje over de duinen van toen en nu. De man van 91 kent zijn leeftijdgenoot niet.

Onderweg geen boerenzwaluwen gezien. Als ik thuiskom stapt de buurvrouw uit haar auto met een witte hoed. “Naar de troonrede geweest,” vraag ik. “Nee,” zegt ze even kauwend op het idee, “ze doen toch niets voor de burger.” Op het balkon maak ik nog een foto van het zaaddoosje van het zegekruid.



***
Deze week veel muziek die mijn zoon aanbeval. Veel was net een beetje te kalm, te chill, ambiant, lounge ik weet niet welke term er op moet. Maar er zat te weinig in. Muziek als een boom zonder takken, stam, zaden of noten, alleen zachte behaarde bladeren. Muziek als een meer met een zachte rimpeling, maar zonder duikende vogels, springende vissen, waterlelies en lissen aan de kant. Maar goed dit vond ik wel heel leuk. Een prettig soort humor in muziek en woord:
























Iedere woensdagmiddag fiets ik naar het strand, neem een duik en fiets weer terug. Op Facebook plaats ik later vrijwel altijd een aantal foto's. Eén of meer daarvan plaats ik hier. Steeds vaker schrijf ik mijn tekst (gedeeltelijk) al voor die tocht en voeg er achteraf nog wat zinnen en/of gedachten aan toe.


Geen opmerkingen: