vrijdag 21 maart 2025

Sterremeer


 

Sterremeer, door F. Springer, het boekenweekgeschenk voor 1990, ontlokt al op de eerste pagina een lach. In een lokaal waar jongens op de keuring voor militaire dienst wachten, zit een van hen te lezen, hij wordt al snel de professor genoemd. Het is Felix Sterremeer. Aan een andere jongen, die nog wacht, vraagt hij:
'Ook een achternaam met een S?'
    'Schnitzler,' zei de jongen, 'uit de Weimarstraat.'
    'Een beroemde naam waarmee ik je feliciteer,' zei Sterremeer. 'De grote Weense schrijver Arthur Schnitzler heeft zijn werk in de donkerste hoeken van de menselijke ziel op meedogenloze wijze in kaart gebracht.'
    'Geen familie,' zei Schnitzler.
Een boek dat met humor begint heeft mij als lezer gewonnen. Zeker als het daarna geen dijenkletser wordt. Hier is het grappige absurd, uit het leven gegrepen, zet het voornaamste karakter in zijn eigen verf, en geeft de schrijver bovendien een opdracht en daarmee de lezer een hint.

Toch als ik een kleine negentig pagina's verder de novelle uit heb, blijft er een onbestemde leegte. Keurig is het verhaal afgehecht. Duidelijk wordt gemaakt waar alle hoofdrolspelers zijn gebleven of wat ze zijn gaan doen. Maar met een dichtgeslagen boek blijf ik wat verloren achter.

Allereerst Felix. Hij bleek al tijdens de keuring een man met een grote kennis van de poëzie, zeker voor iemand van zijn leeftijd. Hij wil zelf dichter worden. Hij is onzeker en zoekt bevestiging. Zijn gedichten poetst en wrijft hij tot ze glanzen als een zilveren suikerpot. Kraak en smaak verdwijnen. Van zijn eerste bundel verkoopt hij 46 exemplaren. Hij werd bespot en afgeserveerd, maar toch bleef hij egocentrisch vol van zichzelf als dichter.

Nikko volgt een gangbare carrière. Als jurist kom je goed aan de bak, zo besloot hij. Baan, vrouw Dorien en de kinderen Dorientje en Klaas, maken het af. In de loop van de jaren komt hij Felix nu en dan tegen. Als hij voor enkele jaren geplaatst wordt bij de New Yorkse vestiging van het advocatenkantoor waarvoor hij werkt, vaart hij over met de Westerdam* van de Holland-Amerika Lijn. Ook daar op die water omzoomde ruimte komt hij Felix tegen; nu met zijn vrouw Roby en dochter Princess. Ze worden zelfs aan de dezelfde tafel geplaatst. De banden lijken aan boord te worden aangehaald, maar er wringt ook iets.

Roby en Felix lijken een rol te spelen. Bovendien neemt een onderzoek van haar naar de Berlijnse schrijvers groep Junges Deutchland uit de eerste helft van de 19e eeuw steeds grootsere vormen aan en wil het schrijven niet vlotten vanwege die wijdlopigheid. Nikko constateert nadat hij het manuscript doorploeterde dat er wel vijf scripties in het ongestructureerde onderzoeksverslag zitten. Een daarvan, die ze met vuur behandelt, is de positie van Charlotte Stieglitz.** Felix vindt het onderzoek van geen belang en heeft er geen interesse in. Het is verwijzingen dat het niet lekker loopt tussen het echtpaar. Maar die bedenking wordt in New York gesmoord onder de overwelmende vriendelijkheid van Roby's puissant rijke ouders, haar prachtige uitstraling en de volwassenheid van hun zevenjarige dochter.
    Roby verdooft zichzelf wel met grote glazen drank. Niemand zegt iemand de waarheid en als dat uiteindelijk wel gebeurt dan is het te laat.

Commericiële uitgave.***

“Als in de film,” die opmerking komt een paar maal terug als het over het paar Roby en Felix en New York gaat: “Film, ook daar was alles film!” Inderdaad lijkt het een New Yorkse romcom die speelt in de setting van een penthouse aan de Park Avenue in Manhattan, een apartment met opdravende prominenten (of vooral de kennissen van beroemdheden). Mooie groene ogen, kunst aan de muur, literatuur in het leven; alles mooi en goed. Op de commerciële uitgave van wat het geschenk was, is door Querido dan ook toegevoegd: 'een romance'.  En toch zit er een donker waas over dit alles.

Het leven beloofde meer dan er kwam. In een romantische film is er dan een draai, zodat alles toch nog op zijn pootjes landt. In Sterremeer blijken de zonnen te doven als ze in dat meer vol koud water vallen. Het is niet anders; ook niet als je er een bak dollars of glazen drank over giet. Om dat te onderstrepen: Manhattan is de vieste plek op aarde, merkt de tandarts van Nelson Rockefeller op en hij “fluimde hartgrondig
vanaf het comfortabele dakterras "de diepte in.”

Noten:
* Een schip met een geschiedenis met brand, sabotage en herbouw. Zie de Maritiem Historisch Databank pagina WESTERDAM - ID 7233.
** Springer rekent af met het verhaal dat ze zich voor haar man het leven benam. Het was door haar man.
*** Bij de commerciële uitgave op bol.com is een besprekling gevoegd door ene '
pdoornb'. Die stelt: “Springer [( pseudoniem van Carel Jan Schneider, 1932-2011)] is nooit een Bekende Nederlander geworden. Hij schreef veel van zijn boeken in vrije uurtjes op diplomatieke posten. Geen rondjes langs radiostations en tv zenders of signeersessies in boekhandels en warenhuizen, nooit in “Zomergasten” om zijn boeken aan te prijzen, want hij was vaak gewoon op zijn werk in Luanda, Bangkok, Dhaka of Oost Berlijn.”

Geen opmerkingen: