zondag 26 november 2017

Wachtkamer

Daar zit je dan te wachten op de tandarts in een ruimte die bedoeld is voor spoedeisende hulp. Er stapt een forse vrouw binnen: “Ik ben mijn man kwijt. Is hij hier binnen gekomen?”

Zelf maak ik een foto van de ruimte met snoepautomaat. Vreemd toch dat dat wat ons gezond moet houden als sport- en gezondheidsgelegenheden een economisch graantje mee moet pikken door suikerbommen te verkopen.

Er komt een schoonmaakster langs. Ik maak nog een foto. Ze merkt het en wil dat niet. Ik beloof haar niet te plaatsen. Nou ja een onherkenbare flard dan.

Inmiddels ben ik gesprek met een Syriër die zo snel mogelijk terug wil. Hij is drie jaar hier. Je kon het niet zeggen wie ging vechten. Goede vrienden van hem pakten de wapens. Maar optimistisch zegt hij: de oorlog is over. (Doet me aan een liedje denken.) Hij is opgeleid tot ingenieur voor olie-installaties. Nu eerst een verstandskies verwijderen.

Het begon al met een man die zijn kwalen aan me kwijt moest: lever en prostaat (geen kanker). Hij vertelde ook dat alles verandert behalve veranderingen. Toen ik van die waarheid een onsje af wilde halen, bleef hij bij zijn zaak. Opgewekt ging hij naar de driemaandelijkse controle. Wat een gemoedelijk sfeertje.

Als ik zelf aan de beurt ben, blijkt het röntgenapparaat het niet te doen. De tandarts kan niet diagnosticeren waar de oorsprong van de ontsteking zit. Wel verlicht hij de pijn door de troep uit mijn kaak te duwen en schrijft me een doos brufen voor. Die ik waarschijnlijk over een jaar weggooi.

Geen opmerkingen: