maandag 6 mei 2024

The grey Coast




The grey Coast is de eerste roman van de invloedrijke en vernieuwende Schotse schrijver Neil Miller Gunn. Het verhaal speelt een eeuw geleden in Balriach, een klein dorp, dat aldus de achterpagina aan de Moray Firth (bij Inverness) ligt.1 De roman beschrijft de armoede in een dorpseconomie die draait op landbouw en visserij.

De door mij gelezen versie is uitgegeven door Souvenir Press en stamt uit 1976. De oorspronkelijke uitgave door Jonathan Cape en het jaar van verschijnen, 1926, wordt daarin nergens genoemd. Bijna alsof de uitgever ervan uitging dat iedereen dat wel wist of uit slordigheid. Wel volgt deze uitgave de tekst van de eerste uitgave. Die is daarna nogal eens aangepast en van tierelantijnen ontdaan, zo wordt gemeld in een proefschrift.2 Die versielsels zijn hier weer terug.

Ochtendgloren
De jonge vrouw, Maggie, is het belangrijkste karakter. Toen ze wees werd is ze opgevangen door haar oom Ould Jeems, waarmee ze nog steeds in een huis woont. Ze wordt begeerd door twee mannen: een oudere rijke boer, Tullach, die zich onaangenaam opdringt, maar net niet zo dat het zijn kansen op een relatie met zekerheid om zeep helpt (zij zorgt er zelf zoveel mogelijk voor dat dat hij op afstand blijft); de andere is een jonge man, Ivor, die in het verhaal voor het eerst meegaat op visvangst. Dat het schip waarop hij aanmostert The Dawn (Het Ochtendgloren) heet, kan niet zonder betekenis blijven. Tenmiste zo hoop je als lezer, al kunnen die vroege zonnestralen nog allerlei kanten op.

Geld
Tussen de twee jonge mensen is de aantrekkingskracht wel wederzijds. De boer kan zijn rijkdom in de strijd werpen om haar oom te helpen en haar daarmee in feite te kopen. Jeems is daarvoor gevoelig voor en geeft liever niet zijn eigen geld uit. Ivor is zo arm als een kerkrat en heeft weinig in de melk te brokkelen. Maggie bedenkt dat ze het recht heeft zelf te beslissen, en haar eigen tijd daarvoor te kiezen. Bovendien beseft ze dat ze moet oppassen voor de oudere man met zijn hijgende stem.

Metaforen
De uitgever was zeer tevreden over deze verhaallijn, maar vond wel dat Gunn teveel aan mooischrijverij deed en dat moest beperken.2 Taferelen op zee, op land, het uiterlijk van gebouwen, het zijn bij Gunn metaforen voor menselijke relaties en gesteldheid. Ook de natuur is een personage in The Grey Coast (en zijn latere boeken). Hij schrijft niet slechts een verhaal, maar een tijdsbeeld vanuit de verarmde Hooglanden. Juist daarom is de waardering voor zijn werk zo groot.

Het boek speelt echter in de realiteit van de achteruitgang van de Hooglanden destijds, en de betekenis ervan ligt niet in de kleine details van plot en karakterisering, maar in zijn algemene poging om de spanningen in de levensomstandigheden aan die ‘grijze kust’ te onderzoeken: dat betreft het doorzettingsvermogen dat nodig was om te overleven en het noodzakelijk ontplooien van initiatief om nieuwe wegen voor vooruitgang te vinden in de weerbarstige omstandigheden van land en zee. Omstandigheden die een gevoelsmatige en geestelijke ‘tol’ eisten van de inwoners.” 3
Maar ook de visie van uitgever Cape wordt nog ondersteund. De stijlfiguren gaan wel eens met de Gunn op de loop, stelt een recensent. Misschien is dat zo, maar de mooie onder die wendingen en uitwijdingen maken dat goed. Daarnaast blijft ook het verhaal tot het eind meeslepend.

Elementen
Maggie is jong, haar oom is oud en als hij onderuit gezakt in zijn stoel ligt, dan kijkt ze naar een oude man. Op leeftijd kijk je anders naar jonge mensen dan vroeger in je leven. Het wisselende perspectief bij het toenemen van de jaren is een element dat enkele malen terugkomt. Het lijkt een voor de hand liggende gedachte, en dat is het ook, maar hoe vaak sta je bij die veranderende blik stil als je ouder bent, en helemaal als jongere. Van andere orde is de wandeling die Tullach maakt naar het werk op het land. Hij ziet van ver, en daardoor als kleine menssen, het gewone werkvolk krioelen. Zou hij zelf zien hoe klein hij is, zo wordt rethorisch de vraag gesteld. En zo zijn er nog talloze elementen en zijstraten.

Grijs
Het woord grey heeft verschillende betekenissen, het staat voor bagger, maar ook de dood is grijs. De kust vol armoede is grijs. Grijs is het negatieve. Zelfs een zingende leeuwerik verdrijft het grijs niet: “(...) de verdwijnende grijsheid kwam ook door alles heen, als een mist, de doordringende grijsheid van noordelijke plaatsen die nooit helemaal verdwijnt. (…) en in een mum van tijd leek het erop dat zelfs de leeuwerik verstrikt raakte in het trieste, loodzware web.”

Sociaal-economische verandering
Schulden! Armoede is troosteloos, levenloos en naar. Ze kan buien hebben zo mager en traag als een levend skelet, of ze kan zo grijs-koud zijn als een zeemist die over het land kruipt,” zo bedenkt Maggie zich tijdens een gesprek met een meisje wiens vader terug zal komen, zonder de verkochte visnetten waarvan de opbrengst nodig was om proviant te kopen en ook zonder vis. Het is duidelijk dat Ivor als visser niet zal kunnen zorgen voor een comfortabel leven.

Sociaal-economisch verandert de positie van het gebied, en dat schildert de roman in grijs tinten, maar wel grijs met veel contrasten en dus niet plat en dat geldt zowel het verhaal als de karakters. Het verval van de visserijsector zou een terugkerend thema worden in het werk van Gunn. “In zijn werk is de poëzie, het psychologische begrip, en de representatieve verbeelding van het verval, maar ook de triomfen van de vissersdorpen in het noordoosten een wezenlijk deel van zijn carrière als romanschrijver van de Hooglanden,” stelt Margery Palmer McCulloch in een boek over de context van het Schots modernisme (1918-1959)4, waarin aan Gunn een heel hoofdstuk wordt gewijd.

Dat de visgronden steeds verder uit de kust liggen en slechter te bereiken zijn en de opbrengsten nihil, zorgt ervoor dat Ivor geen inkomsten verwerft en besluit zijn heil in Glasgow en misschien wel verder weg te gaan zoeken. De erg traag ontluikende liefdesrelatie lijkt te sneuvelen in de grijze wereld van armoede en gebrek.

MeToo
Naast dit harde leven vergeet de schrijver niet ook de schoonheid van het landschap, de bewoners en het vakmanschap te beschrijven en dat loopt van de golven klieven met een vissersschip, het steken van turf, tot het zetten van strikken om konijnen te vangen. Het verbaast niet dat Gunn vanuit deze betrokkenheid politiek actief was als Schots nationalist en socialist. Hij schreef zijn boeken over het leven in de Hooglanden van binnenuit en niet zoals veelal gebeurde met een blik van buiten door een Engelse schrijver. Sterker nog, de rijke boer staat voor de onderwerping van de Kelten door de Engelsen, zo stelt Chris Lawson Stokoe. Deze literatuurwetenschapper heeft het overigens over verkrachting als hij het gedrag van Tullach beschrijft.5 Dat lijkt me een te groot woord. Dat het om een klassieke en verwerpelijke vorm van mannelijk machtsbruik gaat, is onmiskenbaar. De rijke boer is niet alleen zetbaas voor Londen, maar ook een vroegere Harvey Weinstein.

Noten:

  1. De Indiana Polis Star van 12 december 1926 stelde dat Balriach een kleine visserij nederzetting was aan de Schotse oostkust. Ik kon de nederzetting niet vinden. De locatie aan de Moray Firth haal ik van de achterflap van de door mij gelezen uitgave.Anderen noemen echter als plaats van handeling een andere locatie. Margery Greenshields McCulloch stelt in haar proefschrift 'Scotish and international themes in the work of Edwin Muir and Neil M Gunn' (p. 319), uit januari 1982 dat het gaat om een klein vissers en landbouwdorp, vergelijkbaar is met Gunns geboorteplaats Dunbeath of het naburige Iybster, aan de noordoostkust van Caithness. Dat ligt helemaal in het noordoosten van Scotland. Ook Hanne Tange noemt Caitness in haar proefschrift van december 2000: 'Writing the Nation: four inter-war visions of Scotland' (p. 96).
  2. Zie Margery Greenshields McCulloch, p. 323.
  3. Margery Palmer McCulloch , 'Scottish Modernism and its contexts 1918-1959: Literature, National Identity and Cultural Exchange', (Edinburgh: Edinburgh University Press , 2009), p. 63.
  4. Ibid, p. 62. 
  5. Christopher John Lawson Stokoe, 'Closing the Circle: Neil Gunn's creation of a 'meta-novel' of the Highlands' (p. 54), doctoraalscriptie, Universieit van Glasgow (maart 2007).

Geen opmerkingen: