Heb groen licht en ga rechtdoor. Uit lijfbehoud lever ik mijn voorrang toch maar liever in aan een bus
van links die veel groter en harder is dan ik en dat blijkbaar een argument
in het verkeer vindt. Nog geen 1½ km van huis en mijn eerste
kennismaking met de verkeersjungle al weer gemaakt.
Na nog
geen 10 km rijd ik langs een veld dat net gemaaid is. Nog niet zo lang
geleden hadden ze de maaiers gevraagd of ze teveel alcohol gedronken hadden; her-en-der stonden nog plukken gras te wuiven in de wind. Zaden,
insecten, kleine zoogdieren, alle hebben ze baat bij deze aanpak en er wordt
rekening met ze gehouden. Mooi.
In de duinen parkeer ik mijn
fiets in de geïmproviseerde fietsenstalling; de nattigheid is nog steeds niet weg. Naast mijn fiets staan duinviooltjes en als ik er een foto van maak zie ik ook twee
kevers weglopen. Iets verderop vliegen de zwaluwen, tenminste vogels die daar
op lijken. Het zijn gierzwaluwen (alleen in naam zijn dit zwaluwen). Op de foto krijg ik ze niet echt
duidelijk, daarvoor gaan ze te snel.
Er vliegt ook een andere soort met witte
buik en geen witte vlek bij de stuit, het zal een oeverzwaluw zijn (dat is wel een zwaluw).
Zelf voelde ik me ook een Sand Martin (de naam van het
vogeltje in het Engels); ik lag op het strand en het zand uit de diepe plassen spetterde zelfs met spatboord omhoog.
De afloop van de tocht vergeet ik
weer. Een aanvaring met een fat bike rijder is niet
interessant. Voor de supermarkt kwam ik een vriendin tegen. Ze vond
de stad ook gevaarlijker en moeilijker om te fietsen geworden. De fietsen voor dikdoeners, jong en ouder, zullen echter niet verdwijnen, maar ze het misschien verbieden om door
parken te gaan?! Ze wees me ook op het zand dat op mijn rug gespat was. Ik schreef het al, net een sand martin.
Door de commotie wel vergeten een stuk zeep te
kopen.
|
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten