|
Ook vandaag fiets
ik weer door het gebied waar mijn medeleerlingen op de
koksopleiding vandaan kwamen. Mijn eindpunt is ongeveer de
oostgrens geweest van de leerlingenvijver voor de school aan
de Biesdonkweg in Breda.
Een paar
dagen geleden zaten we aan een tafeltje op een terras in de
Biesbosch waaraan ook een echtpaar zat. “Niet
dat ik er iets op tegen heb; veroordelen doe ik niet,”
zei de man. Veroordelen doe ik zelf bijna als tweede natuur:
auto's die te hard rijden, boeren die niet verder kijken dan de
eigen opbrengst, razende vliegtuigen, onverdeelde rijkdom-kennis-macht en in het vervolg daarop mensen die zo rijk zijn dat ze
armoede van een ander niet zien, etc etc. Tot vermoeienis aan toe.
Dat de algemene wasplek, droogzitruimte e.d. schoon blijven is dan
weer toe te juichen, net als dat het 's avonds als vanzelf stil
lijkt te worden op de camping. Veroordelen is een vak, en dat
weloverwogen en met kennis van zaken doen is in veel situaties een
noodzaak. Aan dat tafeltje hield ik mijn mond. 
In de Kampina zie
ik in het Belvers ven een visje zwemmen. Het lijkt wat op een
baars, maar ik herken het ondanks de opvallende tekening niet. Het
blijkt een zonnebaars, een Noord-Amrikaanse vis die al in 1910 gesignaleerd werd en
vermoedelijk uitgezet door een vijver- of aquarium liefhebber,
maar die de afgelopen jaren sterk in opmars is. De handel, het houden
en kweken, vervoer en uitzetten zijn sinds
2019 in de Europese Unie verboden. De vis
is een invasieve soort, en wat erger is een rover van de ergste
soort waardoor heide kikkers, salamanders, vissoorten en libellen het loodje
leggen. Zo veranderd het plezier in het zien van de vis in lichte
droefenis bij grotere kennis.
Het
lijkt wel kerst op de camping, zelfs op het fraaie
natuurterreintje waar wij staan blinken de tenten in het donker.
Er zijn geen sterren, geen kerstmannen en Rudolfs, maar veel tenten
doen aan illuminatie. Sommigen zelfs zeer uitbundig met lampen die
aan bouwverlichting doen denken. Sta je eens op een camping zonder
verlichting en dan beginnen de gasten er zelf mee. Je daar druk
over maken is onzinnig, maar jammer is deze kleine bijdrage aan de
lichtvervuiling wel.
***
Een rondje op de fiets via
Moergestel. Al snel bleek de achterband van mijn fietspartner
steeds zachter te worden. Het ventiel lekte. Na de rit bij de HEMA
een nieuwe gekocht. (Later bleek op in de band een miniem gaatje
te zitten. Plakken maar.)

We komen langs een kapel – een van de velen –
deze is gewijd aan O.L. vrouw van Vrede. Lof is er voor hen die in 1940-44 trouw hun plicht voor het vaderland
deden. Alsof dat nog niet genoeg afbreuk doet aan het woord vrede
is ook een tekst opgehangen die zo'n burgerlijke visie op het
vrede beschrijft dat er van het hele idee weinig overblijft. Het
epistel eindigt met “Vrede begint in ieder mens van
binnen.”
Onderweg stond een vrouw langs het pad en
het zag er uit alsof ze een fietsongelukje had gehad. Ze zoog aan
haar hand. Vast een wond. “Wilt u een pleister,” vroeg
ik. Die wilde ze wel. Ik heb ze al tijden bij me. Nu werden ze dan
nog eens gebruikt, net als eerder mijn pompje en plakset.
Deze
laatste dag wilde ik nog een foto van een blauwtje maken in de
tuin van het huis bij de camping. De eerste dag had ik die zien
vliegen. Nu kwam er nog wel eentje langs toen we terug naar de
tent liepen, maar die had zo'n haast dat hij niet bij te benen
was, laat staan dat hij ging zitten voor een foto. Op iedere camping wilde ik er
een. Ach er zijn nachtvlinders uit het toitletgebouwtje, zoals het rozenblaadje en een
oranje zandoogje in het gebied achter de camping.

|
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten