|
Om 4:30 begon een boer te trekkeren en de ganzen
te snateren. Buiten is het nog pikdonker en de maan is niet in
staat het bospad naar de WC te verlichten. Daarna slaap ik nog een
paar uur, pak de kapotte tent in, tank twee bidons vol water en ga
op de fiets naar Amsterdam. De Bergse Maas, de Waal en de Lek
over.
Het gaat door mooie gebieden en langs stille en
razende wegen. De pont komt zelfs bij de aanleg plaats voor Slot
Loevestein. In Woudrichem ligt een hele vloot vissersbootjes,
zogenaamde
zalmschouwen, zalmdrijvers of drijverschuiten. Er werd vanaf gevist met netten, lijnen, fuiken en er was zelfs een horizontale
katrol om de netten binnen te halen, vertelden twee mannen die bij
de voorste (WKD-41) vandaan kwamen. Ze leggen me ook uit dat er
drie opvarenden onder de huik konden slapen en dat de vaartuigen
soms wel een week of twee weken weggingen. Ze lieten zich liefst
slepen door een voorbijvarend schip. Zo wordt ik alvast voorbereid
op het Sail spektakel dat in Amsterdam zal beginnen.
De
steen die bij de pont in de muur is gemetseld is nauwelijks te
lezen. Geen idee wat er op staat. Bij de volgende pont kom ik weer
een kleine vuurvlinder tegen.
De tent weegt zwaar onderweg
met de tegenwind. Nu maar hopen dat hij nog eens gebruikt kan
worden, anders is het gezeul voor niets geweest.
|
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten