Heen en weer naar het strand. Foto's in de berm van de razende rijksweg A5. Geen zee. Later. Iedere woensdagmiddag fiets ik naar het strand, neem een duik en fiets weer terug. Op Facebook plaats ik later vrijwel altijd een aantal foto's. Eén daarvan plaats ik hier.
De cello is de mens en het orkest is de natuur. Dat zegt de componist Toshio Hosokawa over Sublimation. Een compositie geschreven voor de Koningin Elisabethwedstrijd.
Het stuk wordt nog tien keer gespeeld. Iedere avond vanaf een uur of acht door twee finalisten. Het wordt live uitgezonden op Canvas en Klara.
Daarbij nog celloconcerten van Shostakovich (5x), Dvorák (4x), Schumann (1x) met orkest.
Vol vaart komt er iets voorbij met zoevend geluid. Na het erop landen, kom ik vast te zitten in een warrig woud. Steeds verder weg van huis glijden de wielen. Uiteindelijk stopt het gevaarte bij het zand van Soestduinen. Dan wordt er een lens gericht en ik vastgelegd en weggeblazen terug naar ik-weet-niet-waar.
(Als ik 3½ jaar later de foto weer zoek die hier bij hoorde, heb ik geen idee.)
Net
na Breukelen (vanaf Utrecht) sla ik een klein
paadje in. Er staat een bordje dat er een pont over het
Amsterdam-Rijnkanaal vaart. Aan het eind ligt de AA. Een paar jaar
geleden zette ik hem aan de overkant op de foto. De pont zelf nam ik
nog nooit.
“Als het kanaal
gegraven wordt bepaald de burgemeester dat de weg door moet lopen
d.m.v. een brug of pont. Het is deze pont geworden. Hij vaart nu al
vanaf 1892,” zegt de pontjesbaas
trots. Aan de kant staan twee kleine huisjes. “Het
ene was voor de pontjesbaas. Het andere voor de man die het onderhoud
deed,” zegt hij. “Het
was nog niet veel meer dan een houten sloep destijds.”
Dat later blijkt dat het net andersom was en er destijds juist een
grotere pont voer, deert niet, zonder die vriendelijke veerman had ik
het niet opgezocht.
Ik bedank
hem en rijd de laatste kilometers terug naar huis. Het was mijn
derde pont van de dag. Amerongen-Eck en Wiel, Vianen-Nieuwegein en nu
deze tussen Nieuwer ter Aa-Nieuwersluis/Breukelen.
“De stalen buispaal is de meest toegepaste paal bij beperkte werkruimte welke gebruikt wordt voor de meeste vormen van funderingsconstructies en funderingsherstel.”
"Ieder project een uitdaging," adverteert P. van 't Wout. Zo komen de buizen en slangen waarschijnlijk ook vanuit Waddinxveen in aan de Marnixstraat in Amsterdam terecht. Een uitdaging.
Mij werd onlangs gezegd dat ik zo handig ben. Velen zeggen: je ziet er zo gezond uit. Weer anderen denken dat ik produceer als een dolle. Het klopt allemaal niet.
Of ik weet niet wat of wie ik ben en hoe ik presteer. Zelfkennis lijkt me een minimale fundering. Ik ben bang dat ik die op dit basale niveau wel heb. Twijfel is vermoeiend en slecht voor de fundering.
"Als havenbedrijf doen we ons best om de impact van de overslag van kolen
zo schoon, duurzaam en veilig mogelijk te maken voor onze omgeving. We
monitoren emissies van stof en geluid en stimuleren maatregelen bij klanten ter
voorkoming hiervan. Onze haven heeft een van de meest schone en efficiente
kolenterminals in Europa. Daarnaast kijken we naar de mogelijkheden om versneld
alternatieve brandstoffen te produceren en over te slaan en investeren hierin. Met
onze klanten kijken we actief naar de toekomst en de kansen voor transitie en
diversificatie van lading. We bereiden ons de komende jaren voor op een scenario
waarin de Amsterdamse haven in 2030 geen kolenoverslag meer verzorgt."
Vanzelfsprekend zit er een commerciële overweging achter. Het havenbedrijf voorziet dat steenkool in belang af zal gaan nemen voor de energie opwekking. Van de aanvoer is 77 procent voor Duitse centrales en onze oosterbuur heeft voor een energiewende naar duurzame energie gekozen. Het Havenbedrijf voorziet ook voor Nederland "een overgang naar hernieuwbare elektriciteitsproductie door windenergie en de bijstook van biomassa in centrales."
Schepen als de Yeoman Bridge vervoeren niet alleen kolen, maar bijvoorbeeld ook
steensoorten als graniet. Juist op het gebied van mineralen voorziet
haven de grootste groei. Maar ook de vraag naar bouwmaterialen in het
algemeen en recycling stijgt."Ook verwachten we een stijging in de overslag van breakbulk, stukgoed en containers. De oplevering van de nieuwe zeesluis in 2019 zal hierop een
positieve invloed hebben."
Onderweg
gaat het over zinvol werk. Niet werken, omdat het moet maar het wat
oplevert voor mens en maatschappij. Over een lang links dal. Voor mij
startte dat wat eerder dan voor mijn fietsgenoot.
Het ging
over Tom Dumoulin en zijn knallen. Over uitzichten in de Giro. De
daslook bij Duin en Kruidberg. Tuinieren. De temperatuur van het
zeewater. Beide een duik Het ging niet over Ajax. Het eindigde met
een lekker ijsje.
Iedere woensdagmiddag fiets ik naar het strand, neem een duik en fiets weer terug. Op Facebook plaats ik later vrijwel altijd een aantal foto's. Eén daarvan plaats ik hier.
De sfeer
is bekend. Creatief, kritisch, jaren tachtig. Beetje vreemd. Beetje
anders ook. Het is een soort reünie in een groot dorp (45.000 inwoners). Het draait om cultureel
centrum Artishock dat 50 jaar bestaat. En het draait eveneens om een Nederlandstalige band die er 34 jaar geleden werd opgericht: Werkgroep Eigen
Werk.
Ze begonnen met muziek met theater in eigen kring en al snel ook op Soester buitenfeesten en demonstraties in het land. Woensdrecht en
Soesterberg worden genoemd. Lekker die kritische teksten. Leuk die
filmpjes van hoe het was. Zelfs Druk maar op de [atoom] knop, wordt vrolijk
gebracht. Even prettig terug naar toen.
Dit is zo
steriel. Zo was het niet. Er werd geleefd, gewerkt en gestorven.
Loopgraafvoeten waren er al in Velsen, voordat die ondiepere sleuven met tienduizenden kilometers
tegelijk en een paar decennia later, gegraven werden. De mensen zijn
weggegumd. En als die haven er eindelijk is, gaat die naar vis stinken.
Het zijn dit soort schone beelden die maken dat
politicologen zich vergissen en denken dat er een eind aan de
geschiedenis mogelijk is. Het leven in luxe was er toen niet en is
nog steeds voor lang niet iedereen.
Hier komen
drie soorten fietsroutes bij elkaar. De bruine knooppunten duiken in Twente op en zijn zeker in het begin verwarrend als je de landelijk
gebruikte groene routes - het volgende bordje - volgt. Daaronder twee lange
afstandsfietspaden, de zogenaamde LF-routes.
Die laatste volg ik
graag, ze leiden langs de mooiste routes en zijn vaak honderden
kilometers lang. Een rondje LF2 naar Alphen aan de Rijn, LF4 naar
Waalsdorpervlakte, LF1 naar Zandvoort en dan weer naar huis, hoort
tot mijn favorieten.
De LF4
staat ook op dit bordje. Het is bijna aan het eindpunt bij Den Braam
tegen de Duitse grens. (Bij het nemen van de foto volg ik de LF15
naar Zwolle.)
Ik was van plan een stukje te schrijven over het
wegplakken van de pijlen. Kennelijk door een boer die geen fietsers
van buiten over zijn erf wilde hebben. Toen pas viel me op dat onder
de drie groene bordjes één groene pijl naar rechts stond. Ook
fietsbordjes volgen is nog een hele kunst. In plaats van mopperblog is het een kijk-beter-uit-je-doppenblog geworden.
Hij
zit op een paaltje. Hij wandelt door het gras of jaagt indringers weg.
Hij roept zijn eigen naam met verve: grutto, grutto. Het is een prachtvogel. We hebben
hem zelfs tot nationale trots gekozen. De Engelsen de roodborst, wij
de 'koning van de
weide'.
Net
boven Amsterdam
zitten flinke populaties in het Zaanse en in Waterland. Maar ook daar moet hij het hebben van goed weide- en waterstandbeheer. Tegen de
commerciële landbouw kan de grutto niet op.
De
nationale vogel moet wijken voor hooi en kuilvoer en nog meer melk.
Het
kan ook anders. Een ondernemer kocht
16 hectare uit handen van een boer zonder oog voor de vogel. Nu zorgt
Staatsbosbeheer dertig jaar voor die grond. Of de afzwaaiende Friso de
Zeeuw; hij krijgt niet alleen een
feestje in het Cobra Museum bij zijn pensionering, maar ook een
check ter waarde van €
5.000 die naar waterpompen gaat om het leefgebied van de grutto
in Waterland te waarborgen.
Het goede
nieuws: boven weides die wel met oog voor de vogel worden beheerd,
hoor je het blij makende grutto grutto.
Regenwater
moet afgevoerd worden. Je weet het nooit met het huidige klimaat. Het
kan kurkdroog zijn of kletsnat. Water kan opeens met bakken uit de
lucht vallen. Deze regenwaterafvoerwerkzaamheden vonden plaats bij
Station Sloterdijk.
In de
stoel van de tandarts sper ik mijn mond zo ver mogelijk open. Mijn
voortanden vallen over die onder. Daar moet wat aan gedaan worden. Is
dat echt zo? Wie zal het weten. Ik niet. Ik ben een leek. Maar de
tandarts is een ondernemer. Die wordt niet rijk van het verwijderen
van tandsteen, wat foto's en polijsten van “een verder keurig
gebit.” Die wil wat meer verdienen.
Verder is
het 't wel waard? Zou ik rijk zijn, ik zou die vraag niet stellen.
Mondheelkunde van de markt, de tandarts wordt ambtenaar met een vast
salaris en doet wat echt nodig is. Dat zou mijn idee zijn.
Als ik op
het strand ben vergeet ik tanden, kiezen en marktwerking en geniet
van een duik.
Iedere woensdagmiddag fiets ik naar het strand, neem een duik en fiets weer terug. Op Facebook plaats ik later vrijwel altijd een aantal foto's. Eén daarvan plaats ik hier.
Het voordeel van zondagsfietser zijn, is dat je alle tijd hebt om rietpiepers te zoeken. Sterker nog, dat je ook nog gemakkelijk kan stoppen als je er eindelijk een ziet, zoals deze kleine karekiet. Anders hoor je wel de egocentrische roep (iets waar veel vogels last van hebben) krr-krr-kiet-kiet-kiet, maar zie je de vogel kleiner dan een mus niet echt goed. Op zijn elfendertigst langs de rietkragen trappen, het moet geen gewoonte worden, maar het heeft ook voordelen.
Wel vaker
zie ik eikapsels op het strand. Van die zwarte, met verschillende
maten en verbuigingen van de horens. Je kan herkennen
van welke soort ze zijn.
De eikapsels van de hondshaai kom ik zelden tegen. Of ik kijk niet goed – de kleur is onopvallend. Of ze liggen er minder vaak. Deze zag ik ook liggen op 'n strand nat van de regen door de mooie vormen van 't stuk wier waar het aan vast gemaakt was met wat kenners draadvormige, zeer kronkelige horens noemen.
In de verte gaat een
auto over het strand. Je ziet ze steeds meer. Dichterbij staan borden
met daarop een verdrinkende persoon. Tussen twee van die borden mag
je niet zwemmen. Dat is het wel zo'n beetje.
Als het stopt met
regenen komen uit het strandpaviljoen Paal 29 wandelaars die richting
Hondsboscche lopen. Een man gaat zwemmen; toch al nat van 60 km
fietsen door de regen.
Als de zon dan ook nog
gaat schijnen is de auto al voorbij Struin (vroeger Minkema) en Simon
Gutker en niet meer te zien.
Een
conflict tussen bestuur en handel, daaruit is de naam Bartelsluis
voortgekomen. De Westersluis verbond Westerveer- en de Enge
Wormerringsloot met de Zaan.
In
1734 besluit de burgemeester van Wormer dat de stenen sluis die de
houten voorganger uit 1638 gaat vervangen ondieper wordt.
Beschuitvaarders uit Wormer zijn het er niet mee eens. De
burgemeester, zal uit waterbouwkundig oogpunt gelijk hebben gehad,
maar hij haalt zich de spot op de hals door een gevelsteen in de
sluismuur te laten beitelen die zoveel eigenwaan uitstraalt dat van
heinde en verre men er naar komt kijken (zie voor tekst en
spotdichten als reactie erop dit
artikel).
Bartel,
de herbergier van het veerhuis, heeft baat bij al die bezoekers en al
snel heet de sluis geen Wester, maar Bartelsluis volgens de
wiki erover. Bartel en dus niet burgemeester Appel gaf de
sluis zijn naam, constateert de
Zaanwiki.
“De Bartelsuis
werd begin jaren zeventig in de vorige eeuw gedempt,” staat in
een zeer uitgebreid artikel (pdf)
over het sluiswezen van de Zaanstreek en papierfabriek Van Gelder,
waarin de Bartelsluis een belangrijke rol speelt. Daarmee is het
verhaal niet afgelopen. De ontmantelde sluis is nu een tuin geworden.
Het ligt voor de hand om een tekst te schrijven over het er achter hebben. Ik houd het echter gortdroog. Het werk is bijna klaar. De gaten in de grond worden nog gedicht. Het gras wordt weer ingezaaid en we zien dan niet meer dat er onder de grond van de Transformatorweg ellebogen van polyethyleen thermoplastic (PEHD) liggen en nog zo wat. Zand erover.
“Hoi, ik
kom een hekje plaatsen.” De man loopt meteen na deze mededeling met een constructie de
trap op. De kleur verschilt van die van de trapleuning, maar het past
precies.Duiken is voortaan onmogelijk.
Argwanend
en met verbazing kijk ik hem aan. 'Waarom' vragen mijn ogen.
Hij ziet
het ook. “U weet toch wel dat er ieder jaar blad in deze plas ...
wat zeg ik … in dit ven, valt. Daardoor is hij steeds ondieper
geworden en niet langer geschikt voor een duikplank.”
Ik hoor
dat hij inconsequent 'hij' als voornaamwoord kiest. Het stemt me
gerust. Nog niet is alles verloren. Er kan nog gebaggerd worden en
met een slijptol is dat hekje dan een fluitje van een cent. Maar dan moeten we
wel snel aan de slag.
“Ja
prima,” zeg ik, “weet u zelf de weg naar de straat terug te
vinden?”
Ieder
zadel heeft zijn eigen bevestigingsconstructie naar de zadelpen. De
pen die ik had piepte en was gebroken volgens een fietsenmaker in
Goor. Dus bestelde ik een nieuwe. Pas bij het monteren, merkte ik dat
hij niet paste. Gelukkig gooi ik weinig weg. Het was het één met
het ander combineren en nu zit ik weer als een vorst (zouden die er
ook dozen, lades en kasten met onderdelen op na houden).
Iedere woensdagmiddag fiets ik naar het strand, neem een duik en fiets weer terug. Op Facebook plaats ik later vrijwel altijd een aantal foto's. Eén daarvan plaats ik hier.
Het fietspad loopt door een traag stromend riviertje. En waarom ook niet. Engese wandelpaden kennen hun fords. In westerns rennen paarden door rivieren. In Afrika gaat de grote gnoe trek door van krokodillen vergeven water. Dat laatste hoeft voor mij niet. Ik ben Freek Vonk immers niet, maar de Boven Regge bij Goor is goed te doen.
Niemand
zal het gemist hebben: er is een groep vrouwen die het zat is om mikpunt van zieke mannenfantasieën te zijn; die het zat
is om in de hoek te worden gezet waar de klappen vallen; die genoeg
heeft van de mannen-macho-pikorde die over hun ruggen uitgeleefd
wordt.
In
de jaren dat ik bij de marine 'diende', eerste helft van de jaren tachtig, werden vrouwen gezien als gat
dat er was om genomen te worden (het liefst op haar kleren, zei een
collega me eens met het oog op de reinheid van zijn eigen kleding). Ik schreef een opstel over het seksisme binnen de marine, 'doppedozen' was de titel naar een gebruikt synoniem voor vrouwen. Het was voor mijn LoI-opleiding HAVO, die binnen de marine werd aangeboden. De dienstdoende OS&O-matroos (Dienst voor
Ontwikkeling, Sport en Ontspanning waaronder die opleiding viel)
vroeg me hoe ik het durfde dit te schrijven. Hij
had blijkbaar geen notie van het begrip privacy en bekeek schaameloos wat ik mijn
leraar stuurde en diens commentaar daarop.
Toen ik daarna als hofmeester bij de officieren in de
longroom werkte, bleken die geen haar verstandiger te denken dan de matrozen. Ik
snapte dat niet. Het leger was er toch om de democratie te beschermen? Er zijn meer vrouwen dan
mannen in Nederland. Vanwaar dan dat denigrerende?
In die
tijd las ik ook Het
leger maakt een man van je van Marcel Bullinga. Ik herkende er
veel in en legde het boek in de bibliotheek van marine kazerne
Amsterdam.
Het wordt tijd dat er weer Bullinga's - en dat mogen ook best hetero mannen zijn - opstaan en
zich afvragen waarom Geen Stijl zich zo kon gaan misdragen en het thema verbreden naar seksisme bij de gehele pers. Want het is natuurlijk evenmin een mannen
als een vrouwen kwestie en Geen Stijl is geen geïsoleerd
verschijnsel, maar een uitwas. Het is een kwestie die ons allen aangaat.
De foto's
maakte ik op bevrijdingsdag bij de rechtbank van Zutphen en in de
buurt van Vorden bij een knusse boerderij.
Dezelfde plek als gisteren, ter hoogte van paal 77. Alleen sta ik nu op het duin en kijk naar de kleine mensen beneden op het strand.
Je hebt mensen die wandelen langs de waterrand en die trekken zich weinig aan van 'n ondiepe zwin of mui. Ze rollen de broek wat hoger op en lopen door.
Je hebt ook mensen die wandelen om het water heen en houden de schoenen droog. Vaak zijn zij ook wat warmer ingepakt.
Blik
op Scheveningen uit zee, zonder natte voeten. De Nederlandse kust
loopt rond. Zo kan je niet alleen ver kijken - op de duinovergang van
paal 77 zag ik duidelijk zowel de 67km uit elkaar liggende kolencentrales op de Tweede Maasvlakte als de
Hoogovens -, maar ook over het water foto's maken naar andere
delen van de kust. Dan zie je dat een deel van de gebouwen onder de horizon verdween. Galileo Galilei had dus toch gelijk.
Op de uiteinden van de waterbuizen zijn deksels gezet. Zo blijven ze
schoon van binnen. Eén ligt er af. Als ik naar binnen gluur zie
ik ver weg – aan het einde van de donkere buis – een kleine
lichtpunt.
Hemelse
muziek in een kerk. Daar begon het mee. Het adagio
uit de 1e solo sonate in g klein van J.S. Bach. Het was snel
schakelen van de gewone wereld naar de wereld van noten die niet
minder dan het mooie zoeken. Violiste Emma Roijackers begon
nogal plotseling. Je moest er zonder inleiding meteen inkruipen. Dat
lukte.
Bij
de sonate voor viool en piano van Francis Poulenc was ik gelijk
gevangen. Zou ik regisseur zijn, ik zou er een korte film bij maken. Het
script bestaat misschien al. De sonate is een ode aan de Spaanse dichter
Frederico Garcia Lorca, die in de Spaanse burgeroorlog door Franco's fascisten
vermoord werd. “Door het regime,” zegt pianist Laurens de Man
enigszins beschroomd in zijn inleidende woorden in de Oosterkerk.
Boven het
tweede deel het de partituur staat een dichtregel van Lorca: “La guitare fait
pleurer les songes” (de gitaar doet dromen huilen). Toen violiste
Ginette Neveu die Poulenc hij bij het componeren in gedachten had,
bij een vliegtuigramp om het leven kwam, herschreef hij vooral het derde deel van sonate. Hij zou zelf nooit tevreden zijn over zijn ode.
De muziek
hield plots op door een mobieltje dat op luidspreker stond op de eerste rij in het publiek. In
verhouding tot de vorige twee alinea's is dat natuurlijk verwaarloosbaar
leed. En ik voel de viool nog strijken. Ik zie nog de blikken van
samenspel bij eerste noten en samenvallende dynamiek. En reed
opgewekt naar huis.
Concert in het kader van Jong Talent uitvoeringen in de Oosterkerk. Zie voor agenda.
De miljoenpoten in het duin en de wijngaardslakken langs het pad zijn terug. “Je pest hem,” zegt een mevrouw als ik er een op een paaltje zet. “Ik gebruik hem alleen als fotomodel,”antwoordde ik haar. Immers ik deed de slak geen pijn, maakte hem niet kapot en zette hem weer keurig terug. De vrouw was niet overtuigd.
Vandaag ging ik met de bus en trein terug naar huis. Bij de bushalte krijgen twee vrouwen ruzie over wie het eerst met haar kinderwagentje naar binnen mag. Zo is dezelfde tocht toch steeds anders.
Iedere woensdagmiddag fiets ik naar het strand, neem een duik en fiets weer terug. Op Facebook plaats ik later vrijwel altijd een aantal foto's. Eén daarvan plaats ik hier.
Lilith was een
vrouwelijke stormdemon, die in verband gebracht werd met de wind en
waarvan werd gedacht dat ze drager was van ziekte en dood
(bijvoorbeeld kraamvrouwenkoorts). Maar ze was ook de vrouw van
Adam waaraan ze zich niet wilde onderwerpen en eiste (ook in seksueel
opzicht) gelijke rechten. Zij wilde letterlijk niet de onderliggende
partij zijn.
Dit gaf aanleiding tot voortdurende onenigheid bij het
paar, tot Lilith er zo genoeg van had dat zij haar magische krachten
gebruikte (zij kende de geheime naam van God en riep Hem
aan) om te ontkomen. Adam drong er bij God echter op aan Lilith terug
te laten komen, maar zij weigerde. Lilith hield voet bij stuk en
keerde niet terug naar Adam. Toen kwam Eva.
De persoon van Lilith
dook rond 3000 v.Chr. voor het eerst op in een klasse van
wind- en stormdemonen, zoals Lilitu in de Babylonische
mythologie. Lilith verschijnt als een nachtelijke demon in de joodse
overleveringen. Lilith wordt meestal als een gevleugeld wezen
voorgesteld en wordt vaak aangehaald in "magische" teksten.
Bij
1 mei horen de lelietjes-van-dalen, maar ook de achturige werkdag en trots op wat bereikt is om de
positie van arbeiders te verbeteren. Bij het eerste congres van
de Tweede Internationale in 1889 werd besloten om op 1 mei
1890 een internationale strijddag voor de achturige werkdag te
organiseren. Een jaar later werd besloten er een jaarlijkse traditie
van te maken. Het is een feest en herdenkingsdag geworden, maar ook
een dag om verder te kijken naar welke strijdpunten er voor de
'arbeidersklasse' nog zijn.
Mij viel vandaag een solidariteitsactie op van Bureau Buitenland en een aantal andere redacties, zoals Argos en de Nieuws BV. Ze maakten een foto om solidariteit met hun Turkse collega's te betuigen. "Laat journalisten gewoon hun werk doen," twittert BB.
De
FNV roept op om op 1 mei naar Amsterdam te komen om aan
iedereen in Nederland te laten horen dat jij ook een Echte baan
verdient.
Programma
13.00 uur verzamelen op
Jonas Daniël Meijerplein, bij de Dokwerker
14.00 uur start mars
voor Echte banen naar het Museumplein
15.00-19.00 uur
manifestatie op het Museumplein met de Echte Banenparade, infomarkt,
de Bewegingenfabriek, livemuziek, speakerscormer en nog veel meer.