The Grapes of Wrath van John Steinbeck stond al jaren in de kast. Het is een uitgave die van mijn schoonvader is geweest: meer een bouwpakket dan een boek. De goedkope uitgave uit 1946 was mogelijk door de enorme verkoop van eerdere uitgaven. Hij valt ¾ eeuw later van ellende uit elkaar en ik lees losse pagina's. Het boek vol dialect – waar een bloem bijvoorbeeld een fl'ar is – ruikt naar een tweedehands boekhandel. In deze staat gaat het ook nog eens mee op fietsvakantie.
De reden om het te pakken was een zesdelige serie over een fietstocht door Australische jongemannen onder de titel The Bikes of Wrath. De tocht voerde langs de weg vanuit Oklahoma naar Californië die de familie Joad volgde om aan armoede te ontkomen. Fragmenten uit het boek werden voorgelezen door mensen die de fietsers ontmoetten. Een dergelijke onderneming kon op applaus rekenen, maar ook bleek het stof rond de publicatie nog steeds niet geheel neergedaald. Er waren mensen die niets meer van de scherpe literaire aanklacht wilden horen. Anderen openden juist door de fietsers het boek voor 't eerst.
Platgetreden
De
fietstochtfilm heeft bij mij ook die uitwerking. Om kortzichtige
redenen had ik het boek nooit gepakt. Het is oud en bekend en Steinbeck
een door middelbare scholieren platgetreden pad. Waarom zou ik het
lezen? Het boek begint echter meteen al met prachtige ontmoetingen.
De een met een bekrompen vrachtwagenchauffeur en de ander met een
dominee die niet meer gelooft in zonde en daarmee zijn werk niet meer
kan doen. Hij gaat de hele tocht naar Californië mee en worstelt voortdurend met
zijn positie als ex-geestelijke. Een prachtfiguur van begin tot
einde. Maar op die eerste pagina's is er ook een schildpad die in
zijn standvastigheid toont dat je een richting in moet slaan. Het
reptiel schildert daarmee alvast het verhaal, maar weet nog minder
dan de familie Joad waar de tocht zal eindigen.
Winstbelust
Wat
ook opvalt is dat vrijwel alle handelaren winstbeluste naarlingen zijn. Dat gaat van de verkopers van tweedehands
auto's tot landbezitters die het land ontgroeid zijn en hun boerderij
runnen als een bedrijf slechts gericht op winst zonder rekening te
houden met bodem en leven. De allerkleinste, zoals de pompbediende,
komen er beter vanaf. De man achter de toonbank van de winkelnering is flexibel op eigen
risico, om de hardheid van zijn baas te verzachten. De gang van zaken
op het autokerkhof wordt dan weer zo verteld dat je geen verkoper meer zal
vertrouwen.
Agrobusiness
De
mechanisatie van de landbouw ligt aan de basis van het verhaal.
Mensen worden door gladde sprekers van hun land gepraat of als ze
niet gaan, verdreven door de banken. Jarenlange slechte opbrengsten
hebben ze immers in de schulden gestoken en ze kunnen geen kant op. Geen mens is verantwoordelijk
voor het brodeloos maken van kleine boeren, het vernielen van huizen
en het innemen van het land dat niet vruchtbare genoeg meer was voor
de geldende landbouw methode. De banken zijn immers geen mensen, ze eten en
drinken niet, en ademen geen lucht, maar winsten en rente op
leningen.
“Hadden
we maar gewassen kunnen roteren dan was de toplaag beter gebleven,”
bedenken de verdrevenen zich te laat. Je zou het boek @Lientje1967 voor de
voeten willen gooien. Deze Gramschap is dik genoeg zodat de zetbazin
van de grootschalige agrobusiness in het Nederlandse parlement er een
kleine eeuw na verschijnen (1939) nog over zou kunnen struikelen.
Boeren kunnen zaaien en oogsten zonder klei in hun handen te voelen,
zo beschrijft Steinbeck met enige overdrijving om zijn punt duidelijk
te maken dat het landbouwbedrijf los is komen te staan van de grond. De ramp was in
het Midwesten kolossaal. Ook dat was destijds – net als nu – geen
argument om even pas op de plaats te maken om de hebzuchtige
bedrijfsprocessen te heroverwegen.
Bespreking vervolgt onder liedje.
Onderweg zijn er kampen waar de vluchtelingen overnachten. Ze helpen elkaar en soms wordt muziek gemaakt. Hier pakt een technisch vaardig (finger picking) gitarist zijn instrument en: “Hij zong 'Ten-Cent Cotton and Forty-Cent Meat.” Een liedje waarvan verschillende versies met verschillende bedragen bestaan, maar altijd is het vlees duurder dan het loon voor de katoenpluk. De gitarist zingt nog het e.e.a. Waaronder McAlister Blues en een lied dat Jezus me aan zijn zijde roept. Het optreden houdt mensen nog steeds bezig. Naar McAlister Blues hebben verschillende muziek wetenschappers gezocht. Misschien heeft Steinbeck het wel zelf bedacht.
Eraan
gaan
Je
gaat meeleven met de familie. Je ziet eerst de hond sneuvelen en dan
gaat opa. Die laatste was gebonden aan de grond vanwaar hij vertrok.
Ontworteld was er voor hem geen leven meer. Oma wordt onderweg steeds
dementer (mijn diagnose). Je ziet een jong stel springend en
giechelend door het leven gaan, met een trappelende baby die groeit
in een buik. Je ziet een speelse jongere broer en zus. Je ziet dat moeder de
boel samenbindt, maar ook het verstand heeft, de doorslag geeft, en
zorgt voor het eten. Je ziet dat de jongere broer Al bang is dat hij
niet voor vol wordt aangezien, maar best veel presteert. Je ziet zijn
oudere broer Tom met veel inzicht. Maar kan dit wel goed aflopen?
Tranen
Er
gebeurd iets vreemds met me tijdens het lezen. Steeds drongen de
tranen zich op. Maar waarom? Het is stuk gelezen, een boek dat
iedereen kent, al is het maar van naam. Een boek vol waarschuwingen.
Een verhaal vol medeleven en hulp aan elkaar. Maar waarom dan is het
nog steeds niet duidelijk dat we mooie mensen zijn, maar wel op de
wereld om elkaar te helpen nietwaar en alles een pietsie prettiger te
maken. Daar komen die tranen vandaan.
Onmenselijken
De
tocht gaat via de Route 66, een weg bekend uit de literatuur en
popmuziek. Het gaat over bergen en door woestijnen. De stroom verdrevenen die er op reist, wordt migranten genoemd. Ze doen me
denken aan de huidige vluchtelingen. Ook zij leven vaak onder benarde
omstandigheden op een paar duizend kilometer afstand van de rijkdom
hier. Ook nu wil men die afschermen en de vluchtelingen geen
plek geven. Ook nu zijn er mensen die hen onmenselijken, zoals
destijds de Okies werden afgeschilderd als vies, brengers van
ziektes, onbehouwen en hardvochtig. “Die
verrekte Okies hebben geen verstand en geen gevoel,”
zegt de ene tegen de andere bewaker van de toegangsweg tot
Califorinië en letterlijk: “Het
zijn geen mensen. (…) Ze zijn niet veel beter dan gorilla's.”
Het zijn “seksuele
maniakken (…) die alles stelen. Ze hebben geen idee van het recht
op bezit.”
Dat laatste klopt in sommige gevallen nog ook, want wat moet je nou,
als je niks hebt.
Migranten
Het
gaat hier om binnenlandse migratie, maar de reacties zijn herkenbaar.
Het is hemeltergend en de reis is eigenlijk nog het meest luchtige
deel van het boek. Het grootste deel gaat over de familie Joad als
uitgewrongen landbouwarbeiders. Aangekomen in het beloofde land zijn
ze niet veel meer dan slaven van hun honger en vechten ze om
baantjes, waarvan de lonen net voldoende zijn om niet direct te
sterven.
Saamhorigheid
In
alle narigheid is er ook de bijna religieuze belofte dat het beter
wordt. Beter kán worden. Geef de mensen hun eigen lot in handen en
waardeer ze in plaats van ze op te jagen en al gauw scheppen ze een
productieve orde. Maar vanuit die positie kunnen die migranten wel eisen gaan
stellen en als dat de bedoeling niet is, moet je ze weer opjagen, ze
de vastigheid, de veiligheid ontnemen. “De
smeris maakt het alleen maar erger,”
zo constateerde de voormalige dominee en die voegt daaraan toe dat je niet voor
de lol aan veranderingen werkt, maar omdat het nodig is, de klappen
horen daar bij als regen bij het weer.
Moeder zegt tegen Tom
dat ze niet uitgeroeid zullen worden, want wij zijn het volk, wij
gaan door. Tom haalt woorden van de dominee aan die deze ontleende aan
Prediker: “Twee zijn
beter dan één, omdat zij een goede beloning hebben bij hun zwoegen.
Want, indien zij vallen, dan richt de een de ander weer op; maar wee
de éne, die valt zonder dat een metgezel hem opricht! Ook indien er
twee nederliggen, zullen zij warm worden, maar hoe zal één alleen
warm worden? Kan iemand er één overweldigen, twee zullen tegenover
hem kunnen standhouden; en een drievoudig snoer wordt niet spoedig
verbroken.”
Moeder is verbaasd dat de bijbel ook dit soort
teksten bevat. Deze benadrukt de
belofte dat over de horizon een betere wereld ligt te wachten als
samengewerkt wordt. De uitbuiting moet immers op zijn grenzen
stuiten. Voorlopig sluiten de poorten voor de behoeftigen. Zij die
net aan de andere kant van de streep staan, beschermen hun positie ten
koste van de 'onmensen'.
Kwallen
Het
is een boek vol pijnlijk onrecht, rauwe maar ook warme banden. Maar waarom Steinbeck het begin van zijn verhaal
kleurt met kwallen en roze zeeschelpen? We zijn nog midden op het Noord-Amerikaanse werelddeel. Veel verder van de zee kan je niet zijn. Plaatselijke metaforen voldoende
lijkt me. Later voert hij heremietkreeftjes op als beeldspraak voor
kinderen die uit hun bed komen. De schrijver zelf leefde in
Californië dichter bij de zee. Dat zal het verklaren. Maar goed dat
zijn kleinigheden. Het werk zet de menselijkheid
achter de ongepolijste bitterheid neer en dat in een prachtige stijl.
Naast de stijl bevat het inzichten die nog steeds geen gemeengoed
zijn, maar dat al lang hadden moeten zijn. Het boek is het om die redenen nog steeds
meer dan waard om gelezen te worden van begin tot het eind.
Mijn
versie kwam letterlijk aan zijn einde. Het was de laatste reis ervan.
Maar hier verschillende
digitale versies
waaronder pdf
en epub) om het helemaal gratis te lezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten