
Het gaat tot diep in de nacht door. Als ik calme roep

Dan komt de man zijn tentje uit. Het is een Noord-Afrikaans geklede man met zo'n mooi mutsje. Hij gaat naast zijn tentje staan en reciteert 5 minuten uit de koran. Dan verdwijnt hij weer naar binnen. Mijn nacht is vergald. Maar zo iemand heeft ook een plek nodig. De camping kost nog geen € 300 per maand en biedt WC, douche, drinkwater en opslag voor je spullen. Ik kreeg het idee dat ze hem die plek gunden. Maar zou het niet anders kunnen? Een camping is er voor de veiligheid, wat comfort en als plek om te slapen. Verder was het een prima stadscamping.

Als ik dan nog een paar uur over heb voordat mijn trein gaat, fiets ik door een Dijon dat nog bijna leeg is. Er slaapt iemand voor de kerk. Een andere kerk is theaterzaal geworden. Het is een stad van armoede en rijkdom, van katholicisme en consumentisme.
Als ik zie dat de winkel met streekproducten zelfs ijsberen verkoopt, vind ik dat wel een heel extreem voorbeeld. Twee oudere Dijonners vinden het niet zo vreemd het is werk François Pompon, een bekende beeldhouwer die nog werkte als assistent van Rodin. Wist ik veel.
In de stationshal drentelt een man op en neer met in zijn handen twee gebaksdozen. Ik kan hem niet plaatsen. Zit er echt

De stopcontacten in de trein zijn gewild. Elektriciteit lijkt wel belangrijker dan water (ook bij mij); wat het natuurlijk niet is.
In Luxemburg stopt de trein in Bettembourg. Er wordt aan het spoor gewerkt. Ik fiets wel naar Luxemburg stad. Daar blijkt dat mijn laatste trein van vandaag over 4 minuten gaat en die haal ik niet meer. Ook hier zijn bussen. Deze keer tot Arlon in België. Dan fiets

Doodmoe kom ik aan.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten